-
Een electronisch alarmsysteem om je huis te beschremen tegen inbraakEen alarmsysteem om je huis te beschermen tegen inbraak is eenvoudig gemaakt. Eigenlijk heb je maar één transistor nodig (een thyristor, dat is een transistor met een geheugen). Ik heb de schakeling uitgebreid tot een noodverlichting. De noodverlichting heeft de meeste componenten nodig, het is het licht-blauwe gedeelte. De voeding komt van een gewone 15V adaptor (niet gestabiliseerd, zodat de onbelaste spanning 18 à 22V bedraagt). Een voedingsblok die 500mA kan leveren is ruim voldoende (de voedingsblok dient om de oplaadbare batterij geladen te houden). De spanning wordt door een klassieke 7815 gestabiliseerd. Een kleine koelplaat kan nodig zijn, maar er zit een ingebouwde begrenzer in: als de belasting te hoog wordt, dan zakt automatisch de voedingsspanning van de 12V adaptorblok. Onbelast moet de voedingsblok zeker 18V leveren om de accu geladen te houden. Gebruik je een voedingsblok met schakelende voedingsspanning of spanningsstabilisator, kies er één die 15V levert. De 7815 is dan niet meer nodig. De hele beveiliging bestaat uit één enkele thyristor. De thyristor wordt uit geleiding gehouden door de kortsluiting tussen gate en source (de alarmschakelaars). AlarmschakelaarsIk heb een dergelijke schakelaar op de voordeur, de achterdeur en de keldervensters. Het zijn ofwel microschakelaars die dicht moeten blijven, ofwel reedcontacten die dicht blijven zolang het magneetje in de buurt blijft. Ik heb ook een fijne geleider die over de glazen ramen loopt: bij glasbreuk breekt de geleider. Eenmaal in geleiding blijft de thyristor in geleiding, ongeacht de spanning op de gate (dit is de geheugenfunktie van de thyristor). De sirène blijft werken zelfs al worden de alarmschakelaars opnieuw gesloten.
UitschakelaarsDe schakelaar voor de uitschakeling mag verdoken opgesteld worden, maar je kan ook een aantal druktoetsen gebruiken, die allemaal ingedrukt moeten worden (serieschakeling van druktoetsen). Als je 4 identieke druktoetsen in je behuizing voorziet, moet bijvoorbeeld 1, 2 en 4 simultaan ingedrukt worden. Geen enkele dief zal de verschillende combinaties uitproberen (met een loeiende sirène in de buurt). Schakelaar 3 dient bijvoorbeeld om de noodverlichting kortstondig te laten branden. Als sirène is een exemplaar die op 12V werkt nodig. Deze kunnen een hels lawaai maken. Plaats de sirènes binnenshuis, maar op een dergelijke manier dat het geluid in gans het huis resoneert (bijvoorbeeld op een moeilijk bereikbare plaats in het trappenhuis en in de living). Als je een open keuken hebt, dan kan je de sirène in het metalen buitengedeelte van de afzuigkap monteren. Het is onmogelijk de bron van het lawaai te localiseren. Verdoken achter de verwarming is ook een goede plaats.
NoodverlichtingOm brand te voorkomen voorzie een zekering in serie met de noodvoeding (dergelijke accus kunnen een hoge stroom leveren die de leidingen kunnen doen smelten). Kies de zekering naargelang de belasting die gevoed moet worden: alarm + noodverlichting, dus een minimum van 2A. De voedingsblok kan je beveiligen met een zekering van 1A. Tijdens de alarmfase zal de meeste stroom van de accu komen, want de adaptor is niet noodzakelijk voorzien om een voldoende hoge stroom te leveren. De batterij moet een loodbatterij (gelbatterij) van 12V zijn, minstens een paar ampères. De batterij wordt constant geladen gehouden (float), maar die batterijen zijn daar op berekend. Normaal moet je tussen 13.8 en 14.2V meten over de batterij. De onderdelen zijn absoluut niet kritisch. Een extra tip: als er lange leidingen voor de alarm gebruikt worden kan het nuttig zijn een kleine condensator tussen source en gate van de thyristor te plaatsen (100nF/63V). De condensator zal de spanningspieken die op de leidingen kunnen optreden opvangen, zodat de thyristor niet in geleiding wordt getrokken door een stroompiek op een andere leiding. |
Publicités - Reklame