Marinebasis Zeebrugge
Einde van het verhaal
Root server » TechTalk » Marine » Einde van het verhaal
-

-

Clemaco

Tot in de jaren 2020 voorzag Clemaco in een aantal mensen die tewerkgesteld waren op de militaire basis van Zeebrugge. Dit was een prachtige tijd: als er een probleem was aan boord van een schip contacteerde het schip de werkplaats en de nodige techniekers werden direct naar het schip gestuurd. Er was ook telefonische ondersteuning mogelijk zodat sommige defekten door het boordpersonneel hersteld kon worden. Clemaco deed ook het geprogrammeerd onderhoud van de schepen.

Clemaco was eigenlijk een groot geworden familiebedrijf. Als het contract ten eide liep werd die automatisch verlengd en iedereen was gelukkig. Ik werkte op de Godetia, de Zénobe Gramme en vooral op de mijnenjagers. Er was niet altijd evenveel werk, maar dat was niet belangrijk en niemand had een probleem met het feit dat je iets anders deed. Ik heb in die tijd veel boeken gelezen over industriële electriciteit (dat kan altijd van pas komen op de schepen). Deze boeken waren gewoon beschikbaar in de werkplaats. In de eerste 10 jaar heb ik zelfs twee buizenversterkers gebouwd.

Clemaco is dan overgenomen door een grotere groep, Serco, die al aanwezig was in bepaalde casernes en de administratie, maar dan voor basistaken zoals de poetsdienst of de keuken. De loonschalen van de werknemers van Clemaco was bijna het dubbele van die van Serco, maar dat is ook normaal, want gespecialiseerde techniekers zijn duur. En met de overuren, de werken in het buitenland, enz had je een mooi bedrag op het einde van het jaar.

Serco

Er veranderde eerst niet veel. We hadden een nieuwe baas die één keer per jaar kwam tijdens het personeelsfeest (waar zowel burgers als militairen aanwezig waren, zie foto). Niemand begreep wat hij zei want hij was franstalig en kon zijn micro niet goed vasthouden, maar dat was allemaal niet belangrijk. Iedereen zat te wachten op het startsein om te gaan eten en drinken.

En plots heeft een ambtenaar opgemerkt dat het soort contract dat we hadden totaal ongeldig was. Concurrerende firma's konden geen offerte indienen. Dit was eigen aan de marinebasis van Zeebrugge, want in andere basissen waren het militairen en burgers bij defensie die het onderhoud en herstellingen deden.

Eerst was er natuurlijk paniek bij Serco, maar we hadden één voordeel tegenover de concurrentie: we zaten al in Zeebrugge. We hadden een duidelijk inzicht hoeveel tijd er nodig was voor een bepaald onderhoud en herstelling. De radar onderhouden, dat is zoveel uren, de revisie van de hoofdmotor, dat is zoveel uren, enz. Geen enkel bedrijf heeft een bestek ingedient om onze taken over te nemen, en daar is ook een goede reden voor: er zijn systemen die geen equivalent kennen bij de burgervaart zoals de crypto, de bewapening of de degaussing.

Het probleem is nu wel dat we iedere keer een bestek met het aantal uren moeten ingeven voor een herstelling, vooralleer we de werken mogen aanvatten. De schepen mogen niet meer de werkplaatsen direct contacteren, want een telefonische herstelling brengt niets op voor Serco. Als een schip een probleem heeft, dan moet die de militaire planningdienst contacteren, die dan het aantal uren schat. De opdracht wordt dan doorgegeven aan de burgerlijke planning die de werkplaatsen contacteert om het werk uit te voeren. Het gebeurt niet zelden dat een probleem dat maandag gemeld wordt pas vrijdag opgelost wordt. De bemanning is daar natuurlijk niet gelukkig mee: "waarom moet het een week duren vooraleer jullie het werk komen doen?"

Een concrete voorbeeld: tijdens het jaarlijks onderhoud wordt mij gemeld dat de degaussing installatie een probleem heeft. Ik kan de oorzaak in enkele minuten vinden: de verbinding met de magnetometer is onderbroken. Maar de herstelling zal pas de week daarop kunnen gebeuren, de dag voordat het schip op missie zou vertrekken. Had ik de fout niet kunnen oplossen, dan was het schip niet meer veilig.

Deze manier van doen zorgt voor problemen die vroeger geen problemen waren. Het was de normale gang van zaken dat bepaalde werkplaatsen zowel militairen als burgers hadden (controle van de wapens, crypto, degaussing,...). Ik ben meer gewoon te werken met militairen dan met burgers. Omdat het aandeel van de militairen in een bepaald werk niet geschat kan worden, worden nu alle militairen van de werkplaatsen geweerd. Zelfs een dienst als de planning moet gescheiden worden in een militair en een burgerlijk deel. De samenwerking met de militaire schepen is er zeker niet op verbeterd.

De Marine kan nu ook een beroep doen op andere firma's voor bepaalde herstellingen: dit is nog laatst gebeurd bij de herstelling van de turbo van de hoofdmotor en voor de herstelling van een stroomgroep (dit artikel werd eind 2024 geschreven).

Hier heeft Serco een duidelijk nadeel: wij moeten werken met militaire onderdelen (met een NSN nummer). Deze onderdelen zijn echter zo'n 10 keer duurder dan hetzelfde onderdeel bij de burgerij. We kunnen onmogelijk concurreren als we een module die 1000€ kost moeten vervangen, terwijl hetzelfde onderdeel 100€ kost bij een componentenboer zoals Farnell.

Deze wisselstukken zijn vaak niet in stock en als je die bestelt duurt het minstens 6 maanden voordat die geleverd worden. De bestellingen zijn geblokkeerd totdat er een budget vrijkomt, en dan worden de stukken één voor één besteld totdat het budget opnieuw opgebruikt is. Het is voor Serco onmogelijk om degelijk werk te leveren als we zo lang op wisselstukken moeten wachten. Gelukkig dat ik in al die jaren een paar onderdelen extra besteld heb om zo een zwarte voorraad op te bouwen om de herstellingen normaal te laten gebeuren. Bij ieder jaarlijks onderhoud aan boord van de mijnenbestrijdingsvaartuigen moet ik een paar 7815 en een paar elko's van 220µF/60V vervangen en ik kan geen 6 maanden wachten totdat de stukken binnenkomen.

De Marine is ook bezig een ploeg burgers bij defensie samen te stellen om kleine interventies te doen. En hier ook kan Serco niet concurreren, want de burgers bij defensie worden door de staat betaald, niet door het leger zelf.

Einde van het verhaal

Volgend jaar komen de eerste nieuwe schepen en de oude CMT's worden dan één voor één uit de vaart genomen. Ze worden aan Bulgarije verkocht of aan Ukraine geschonken. Serco heeft dan teveel volk voor het werk dat nog gedaan moet worden. Niet erg, er worden per direct enkele werknemers direct ontslaan. Zelf geen tijd om afscheid te nemen van de collega's, je wordt direct de deur gewezen.

Wat ik nog vergeten ben te melden: we hebben nu een "site manager", een SEO uit Antwerpen die totaal geen voeling met de werknemers heeft. Met een pennestreek wist hij een aantal werknemers uit het bestand. Na een voorstelling in de Kamina was er concensus tussen de werknemers: dit is een arrogante blaaskaak die niet geïnteresseerd is in de mensen, enkel in hoeveel ze kunnen opbrengen.

Dan zijn er ook de werkplatsoversten, als laatste had ik een micromanager die alles moest weten maar zelf geen informatie gaf. Ik heb verschillende onderdelen besteld, maar ik heb geen idee of die zelfs effectief besteld zijn geweest. Ik kwam heel goed overeen met mijn vorige werkplaatsoverste en ik kreeg bijna ieder jaar een loonsverhoging. Dit is nooit meer gebeurt op mijn nieuwe werkplaats, terwijl ik daar hetzelfde werk deed (en zelfs veel meer: ik heb verschillende werkplaatsen opnieuw ingericht).

En daarom heb ik mijn ontslag ingediend. Ik had nog jaren voor Serco kunnen werken, totdat alle oude schepen vertrokken waren, maar niet in dergelijke omstandigheden. De sfeer was ook niet meer optimaal, als je weet dat er altijd ontslagen kunnen vallen. Maar een maand later merk ik dat het de juiste beslissing was.

12 jaren geleden werd ik ontslaan uit m'n vorig werk. Toen was er ook minder en minder werk en ik werd te duur voor de onderneming. De omzwervingen in Solliland staan hier beschreven en het is eigenlijk een leuk hoofdstuk geworden in m'n carrière. Nu zoek ik geen werk meer want ik kan op pensioen gaan.

Als men zijn ontslag indient wordt men bij de baas geroepen om te vertellen waarom je het schip verlaat. Het begon al goed, de site manager was de afspraak blijkbaar vergeten. Het gesprek heeft zeker niet lang geduurd, maar in plaats van te vragen waarom ik vertrok heeft hij een preek gehouden dat ik geen eigen componenten mocht gebruiken om herstellingen te testen (eigen componenten gebruiken was nodig omdat de militaire componenten nooit toekwamen).

Het was al duidelijk vroeger, maar nu nog meer: de site manager is niet geinteresserd in het welzijn van de medewerkers. Hij weet nog altijd niet waarom ik mijn onslag ingediend hebt (en ik ben niet de eerste). Hij snapt nog altijd niet dat ik bepaalde toestellen kon herstellen door eigen componenten te gebruiken (de originele componente waren obsolete). Maar dit is allemaal niet belangrijk meer, de zon komt erdoor en als deze tekst geschreven is ga ik een lange wandeling op het strand doen.

Serexna

De eerste van de nieuwe mijnenbestrijdingsvaartuigen zal in de zomer van 2025 toekomen. Dit zullen grotere schepen zijn die niet meer in de scheepsloods kunnen. De scheepsloods werd gebouwd voor de CMT's, de huidige mijnenbestrijdingsvaartuigen). De schepen zullen dus onderhouden worden door Flanders Ship Retair, de grote concurrent van Clemaco (en nu Serco).

Serco is ondertussen een tripartite aangegaan met Naval Group (scheepsbouwer) en Exail (bouwer van de drones), de nieuwe naam wordt Serexna. Serco zal het onderhoud van de drones op zich nemen. Uit ervaring weet ik heel goed dat de fabrikanten zo weinig mogelijk informatie prijsgeven over hun systemen. Het onderhoud van Serco zal waarschijnlijk beperkt blijven tot het vervangen van een batterijpack of een verwrongen propeller. Er zullen waarschijnlijk nog ontslagen vallen bij Serco.

Publicités - Reklame

-