Nominaal vermogen: 250kW/generator, frekwentie: 60Hz, Voedingsspanning: 450V -
-
Alle schepen hebben een boordnet nodig voor het voeden van de diverse machines (pompen, verluchting, verlichting, koelcellen,...). Zelfs de relatief kleine mijnenvegers beschikken over een electrisch vermogen van 1000kW (evenveel als een dorp).
De schepen van de Belgische Marine gebruiken allemaal een voedingsspanning van 450V 60Hz driefasig (amerikaanse norm). Het is niet mogelijk 240V te bekomen tussen een fase en de nulgeleider (want die is er niet). Een beperkt electriciteitsnet 230V 60Hz is beschikbaar voor kleine privé-gebruikers (die even goed werken op 60Hz als op 50Hz) door middel van een transfo. Voor de verlichting gebruikt men 115V 60Hz (split fase). De schepen beschikken eveneens over een gelijkspanningsnet van 28V (batterijspanning) die voor de noodvoeding zorgt in geval van ernstige storing. Iedere technische ruimte heeft een eigen batterijkast met batterijlader. De 28V gelijkspanning wordt eveneens gebruikt voor de sturing van bepaalde apparaten (relais, electronika van de generatoren en van de propulsie, enz). Het starten zelf gebeurt met perslucht zoals op de meeste schepen. Bij grote dieselmotoren is het niet meer mogelijk efficiente startmotoren te bouwen. En om af te sluiten hebben we nog het 115V 400Hz net die gebruikt wordt voor de bewapening en voor bepaalde meetapparaten zoals synchros, selsyns en variometers (compas, roerhoekbepaling, enz). Het verbruik is relatief laag, gemiddeld een paar ampères. De omzetting gebeurt door statische omvormers vanaf het 440V boordnet. We beperken ons verder tot de electrische installatie van de mijnenvegers. Ieder schip beschikt over een dieselgenerator voor de normale stroomvoorziening. Oorspronkelijk was er een generator van 160kW gemonteerd, maar die wordt nu vervangen door een zwaardere exemplaar van 250kW. De schepen met de zwakkere generator hadden een uitschakeling van bepaalde grote gebruikers als er overbelasting dreigde (de keuken en de stabilo's werden uitgeschakeld). De mijnenjager beschikt ook over drie gasturbines (TAG = turbine à gaz) die met dieselbrandstof gevoed worden. De gasturbines op de mijnenjagers zijn afgeleid van de gasturbine Astazou van Turbomeca die voor het eerst gebruikt werd op de helicopter Alouette II. Dit was de eerste helicopter uitgerust met een gasturbine, en sindsdien gebruikt men uitsluitend nog gasturbines op helicopters. Deze gasturbine was bijzonder betrouwbaar. Gasturbines zijn kleiner en wegen minder dan een klassieke dieselmotor, daarom worden gasturbines bijvoorbeeld gebruikt in helicopters en snelle schepen (waarbij de motor onverantwoord groot zou zijn geweest). De gasturbines produceren nauwelijks lawaai en trillen niet, deze motoren hebben dus geen invloed op accoustische mijnen. Bij het mijnenjagen worden er doorgaans twee turbines gebruikt: één voor de aandrijving van de electrische propulsie-motoren (twee motoren van 88kW (e-vaart)) en één om de boordspanning te leveren. Bij het mijnenjagen wordt de dieselmotor stilgelegd en de derde turbine wordt in reserve gehouden. Het rendement van een gasturbine is wat lager dan die van een dieselmotor (30 à 40% naargelang de belasting in plaats van 40 à 50%), daarom zal men de dieselgenerator gebruiken als men geen mijnen moet vegen.
De technische centrale geeft informatie over de werking van de drie gasturbines en de dieselgenerator en die van de propulsiemotor. De centrale laat eveneens een controle toe van de electrische propellers (voortstuwing bij het mijnenjagen) en de boegschroeven. De voornaamste funktie van de centrale is het controleren van de parameters van het schip, maar indien nodig kan men ook direct ingrijpen vanaf de centrale. Aangezien de huidige MBV (mijnenbestrijdingsvaartuigen) van het type CMT (Aster) nog een paar jaren moeten meegaan (tot minstens 2025) worden de drie gasturbines vervangen door twee diesel-generatoren. Het onderhoud van de gasturbines is een dure aangelegenheid (toen de schepen gebouwd werden was het nooit de bedoeling dat ze zo lang in gebruik zouden blijven) en ook het verbruik ligt aan de hoge kant. De moderne dieselgeneratoren produceren minder trillingen: dit is opgemerkt bij de vervanging van de originele generator in de machinekamer. De nieuwe generatoren die hoog in het schip geplaatst zullen worden produceren te weinig storingen om door mijnen gedetecteerd te worden: ze kunnen dus ook gebruikt worden tijdens de mijnenjacht. |
Publicités - Reklame