Electriciteitsmeter
Monofasig en driefasig net
Electriciteit

Een electriciteitsmeter meet het verbruik van de aansesloten toestellen. Het is mogelijk het verbruik van een deel van het huis apart te meten (deel van het huis dat verhuurd wordt). Maar hoe wordt de meter aangesloten?
-

-

Electriciteitsmeters

Het electrisch verbruik (energieverbruik) is het vermogen dat gedurende een bepaalde tijd gevraagd wordt. Het vermogen (uitgedrukt in watt), is de stroom (ampères) maal de spanning (volts). De basisinformatie over stroom en spanning is hier terug te vinden.

De teller moet dus het vermogen constant optellen om zo het energieverbruik te kunnen bepalen. De teller die het verbruik moet optekenen moet dus de spanning en de stroom kunnen meten (het vermogen), en die in de tijd optellen. We gebruiken nog steeds de teller die meer dan 100 jaar geleden uitgevonden werd door Ottó Bláthy.

Op de figuur is de blauwe geleider de nulgeleider en de bruine geleider de fase. De teller meet de spanning in parallel op de spanningstoevoer (dunne geleider) als de stroom (dikke geleider). Beide wikkelingen die 90° in fase verschoven zijn veroorzaken een magnetisch veld. Het draaiveld (die de teller aandrijft) is proportioneel aan beide magnetische velden.

In het geval van een driefasig net moet men de drie stromen meten (de dikke zwarte, bruine en grijze geleiders), alsook de spanning ten opzichten van de nulgeleider. De drie vermogens worden opgeteld. De stroom in de nulgeleider moet niet gemeten worden, want die werd al gemeten in de fase-leidingen. Wat de electriciteitsmaatschappij wel kan doen, is de verbruiker meer belasten als hij het driefasig net meer asymetrisch belast (dit kan gebeuren met [veel te] "slimme" electriciteitsmeters).

Electriciteitsmeters kunnen uitgerust worden met twee of meer tellers die van op afstand geschakeld worden (dag/nacht teller). Bij ons wordt de schakelpuls geleverd door het net zelf, maar in het Verenigd Koninkrijk wordt de schakelpuls uitgezonden door de zender van BBC4 op de lange golf (198kHz). Iedere electriciteitsmaatschappij beschikt over een aantal schakelkodes die gebruikt kunnen worden om delen van het eigen netwerk te doen omschakelen.

De aangesloten apparaten worden ofwel aangesloten tussen de fasen (400V), ofwel tussen fase en neutre (230V), maar in beide gevallen is de stroommeting correct.

Slimme meters bepalen niet alléén het dag- en nachtverbruik, maar ook het blindvermogen en eventueel de asymmetrische belasting van het netwerk. Deze laatste metingen worden niet gebruikt voor de bepaling van de energieverbruik, maar om een extra belasting te leggen op bepaalde consumenten die het netwerk extra zwaar belasten, bijvoorbeeld bij een sterk reactieve belasting (ongecompenseerde motoren), of een belasting van één enkele fase.

Een driefasige meter kan men in monofasige installaties gebruiken: men sluit enkel de neutre aan op N en N' en de fase op één van de fase-aansluitingen (P1 en P1' bijvoorbeeld). De meting zal correct zijn.

Moeten er hoge stromen gemeten worden (industrie) dan gebruikt men stroomtransfo's om een veilige meting te doen.

Publicités - Reklame

-