De dynamo
werking: serie, shunt, compound, parallelbedrijf
Electriciteit

De algemene werking van een dynamo wordt hier besproken.
-

-

Werking van een dynamo

In de eerste jaren van de electrificatie gebruikte men vooral gelijkspanning die gemakkelijker ingezet kon worden: men moest geen rekening houden met de frekwentie en om meer vermogen in het net te pompen verhoogde men gewoon het toerental van de stoommachine. Op vele werkplaatsen werd de electriciteit lokaal aangemaakt en gebruikt voor de verlichting en bepaalde processen zoals galvanoplastie. Door de relatief lage spanning en de onmogelijkheid om de spanning te verhogen was het niet mogelijk electriciteit over een lange afspand te vervoeren.

De dynamo
Figuur 1: een dynamo bestaat uit wikkelingen die in een magnetisch veld draaien. Het magnetisch veld kan zowel opgewekt worden door een magneet (fietsmagneto) als door een electromagneet in de grotere installaties.

figuur 2: om de verliezen door kortsluiting tussen twee collectorlamellen te beperkten gebruikt men meerdere wikkelingen. Iedere wikkeling is eigenlijk in serie geschakeld en er is maar een klein potentiaalverschil tussen twee opeenvolgende lamellen.

Figuur 3: om de verliezen in de koolborstels te beperken gebruikt men meerdere polen. De stroom door iedere borstel is lager, omdat ze parallel geschakeld worden. Omdat de veldomwisselingen sneller gebeuren kan men meer vermogen halen uit een dynamo van een bepaalde afmeting. Het is alsof er meerdere dynamos in parallel werken in dezelfde behuizing.

Werking van een dynamo

Er kan enkel een spanning ontstaan als het magnetisch veld veranderd. Bij een dynamo produceert een vaste stator een magnetisch veld, en de wikkelingen van de draaiende rotor krijgen alternerend een positief of negatief magnetisch veld.

De rotor produceert dus een wisselspanning (min of meer sinusvormig). Omdat de stator vaststaat, is ook de positie van de geïnduceerde spanning vast. De spanning wordt afgetapt door de vaste koolborstels.

Omdat de volledige stroom die de dynamo levert door de koolborstels moet lopen is de collector breed uitgevoerd en worden er meerdere borstels naast elkaar gebruikt. Alle negatieve polen en alle positieve polen worden parallel naar buiten gevoerd.

Figuur 4 (hieronder): De stroom die nodig voor de bekrachtiging van de electromagneet wordt ofwel in serie afgetapt, ofwel in parallel (engelse benaming: shunt), ofwel gemengd (compound).

Bekrachtiging (veldwikkeling):
serie, parallel, compound of onafhankelijk

Het remanent magnetisme in de veldwikkeling is voldoende om een kleine spanning te leveren in de rotor. Deze werkspanning wordt dan naar de stator gevoerd en verhoogt het magnetisch veld, zodat er een hogere spanning afgeleverd wordt. De spanning stijgt totdat er een evenwicht bereikt wordt.


Serie bekrachtinging

Een dynamo met seriebekrachtiging heeft een veldwikkeling bestaande uit enkele wikkelingen van dikke draad. Al de stroom die de dynamo levert loopt door de veldwikkeling.

Deze dynamo produceert een hogere spanning bij het verhogen van de belasting (totdat de dynamo in saturatie gaat). De bekrachtigingsstroom wordt immers groter bij een hogere belasting.

De seriedynamo wordt op zich weinig gebruikt omdat zijn werking niet stabiel is. De reden waarom men het over de seriedynamo heeft is dat een seriemotor (vroeger vaak gebruikt bij traktiemotoren) zich als seriedynamo gedraagt bij het afremmen.

Parallel bekrachtiging (shunt)

Een dynamo met shuntbekrachtiging produceert een lagere spanning bij het verhogen van de belasting (een groter deel van de beschikbare stroom gaat naar de belasting). Deze dynamo moet onbelast opstarten zodat het veld opgebouwd kan worden.

De veldwikkeling bestaat uit vele wikkelingen dunne draad zodat men een hoog magnetisch veld kan bekomen met een lage stroom. De veldwikkeling is zeer induktief en men moet voorzorgsmaatregelen nemen als men de veldwikkeling omschakelt (veranderen van de uitgangsspanning).

Compound bekrachtiging

Dynamo's die voor de stroomproduktie op het electriciteitsnet gebruikt werden waren daarom compound. Bij een compound dynamo blijft de spanning nagenoeg constant ongeacht de belasting (± 5% bij grote machines).

De compoundering kan soms instelbaar zijn door middel van een veldregelaar zodat men de spanning kan instellen en onafhankelijk maken van de belasting. Er bestaan verschillende soorten compounderingen naargelang het gebruik van de dynamo.

De compound dynamo op de figuur hierboven heeft een lange shunt (groen) of een korte shunt (blauw).

Opstarten van een dynamo

Een dynamo met parallelbekrachtiging (shunt) moet onbelast kunnen opstarten ("amorçage") zodat het magnetisch veld opgebouwd kan worden. Hangt er een belasting aan de dynamo, dan is het remanent magnetisme soms onvoldoende om de nodige spanning te leveren.

Een seriedynamo start automatisch op van zodra die stroom moet leveren (belasting aangesloten), want de bekrachtigingswikkeling staat in serie geschakeld met de belasting. Van zodra er een stroom door de belasting loopt, loopt die ook door de bekrachtingswikkeling.

Soms moet het remanent magnetisme opnieuw opgebouwd worden, bijvoorbeeld als de dynamo lange tijd niet gebruikt is geweest. Dit kan men doen door kortstondig een stroom door de veldwikkeling te laten lopen (spanning van een autobatterij). Dit gebeurt met draaiende dynamo. Industriële dynamo's hadden een voorziening om het opstarten met een batterij mogelijk te maken.

Compound dynamo

Bij een compound dynamo (het meest voorkomende type) is de bijdrage van de seriewikkeling beperkt: deze wikkeling dient enkel om de spanningsval in de wikkelingen en de borstels te compenseren bij stijgende belasting.

Een compound dynamo kan gecableerd worden als een korte shunt (shuntwikkeling aangesloten over het anker) of een lange shunt (shuntwikkeling aangesloten over de uitgang). Omdat de seriewikkeling gerealiseerd wordt met zeer dikke draad is de spanningsval minimaal en zijn er nauwelijks verschillen in werking tussen een korte en een lange shunt. Doorgaans past men een korte shunt toe, die een betere spanningsstabilisatie heeft, maar de verschillen zijn zeer beperkt.

De werking van de compounddynamo kan ook nagebootst worden door twee enkelvoudige dynamo's (G1: shunt en G2: serie), waarbij de seriedynamo de verminderde spanning bij stijgende belansting van de shuntdynamo compenseert door een hogere spanning te leveren (opjager, G2 is de opjaagdynamo), maar men gebruikte liever compounddynamo's waarbij de totale constructie compacter kan zijn en minder verliezen veroorzaakt.

Bij electrische schema's van dynamos en gelijkstroommotoren gebruikte men afkortingen die redelijk gestandardiseerd waren:

  • A1 - A2 : borstels voor afname van de spanning
  • B1 - B2 : hulppoolwikkeling (verbetering van de commutatie)
  • C1 - C2 : compensatiewikkeling (compensatie ankerreaktie)
  • D1 - D2 : seriebekrachtiging
  • E1 - E2 : parallelbekrachtiging
  • F1 - F2 : onafhankelijke bekrachtiging
  • H1 - H2 : hulpwikkeling bij amplidyne
Stromen, weerstandswaarden, spanningen, aantal wikkelingen,... worden dan aangegeven als
Ia Rb Uc Nd ...

Speciale vormen van compound dynamo's

De hyper-compound dynamo (of overcompound) heeft een spanning die lichtjes stijgt als de belasting stijgt (over compoundering). Een dergelijke dynamo werd in electriciteitscentrales gebruikt omdat deze de spanningsval in de geleiders ten gevolge van de stroomafname op een natuurlijke wijze kon tegenwerken.

De under compound dynamo wordt toegepast als men verschillende dynamo's aan elkaar moet koppelen om een hoger vermogen te bekomen. De dynamo die meer stroom levert ziet zijn spanning lichtjes zakken, waardoor zijn bijdrage kleiner wordt.

Voor heel specifieke toepassingen heeft men zelfs anti-compound dynamo's (tegencompound) gebouwd, met de seriewikkeling omgekeerd aangesloten. Bij een anti-compound dynamo blijft de stroom constant, ongeacht de belasting. Dergelijke dynamo's werden gebruikt bij soldeerposten, die een zo constante stroom moeten leveren (en waarbij de stroom beperkt wordt bij kortsluiting). Dankzij de hoge onbelaste spanning van ongeveer 80V is het gemakkelijk om een electrisch boog te vormen.

Anticompound wordt ook gebruikt als een mogelijke kortsluiting of overbelasting geen nadelige gevolge mag hebben, bijvoorbeeld een dieselgenerator die een anti-compound dynamo aandrijft om stroom te leveren aan een baggermachine (waarbij de dieselmotor niet overbelast mag geraken als de baggermachine vastloopt).

De beschikbare spanning naargelang de belasting (stroomafname) met

  • een hypercompound dynamo,
  • een normale compound,
  • een undercompound (voor het parallelen),
  • een shunt (geen compound) en
  • een anti-compound dynamo.
Het spanningsverloop tussen onbelast en nominale belasting bedraagt maximaal 5% bij een goede compounddynamo.

Parallel schakelen van dynamo's

Om een hoger vermogen te bekomen kunnen er meerdere shunt dynamos in parallel gebruikt worden zonder speciale maatregelen.

Als men twee dynamos met serie bekrachtinging samen wilt gebruiken, dan moet de stroom die de eerste dynamo levert de bekrachtiging vormen van de tweede dynamo, en omgekeerd. De dynamo die het meeste stroom levert zal daardoor de stroom van de andere dynamo opvoeren, waardoor er een automatische egalisatie van de stromen optreedt.

Bij compound dynamo's moet ook de stroom die door één dynamo geleverd wordt naar de seriewikkeling van de andere dynamo gestuurd worden.

Indien de dynamo's dicht bij elkaar geplaatst zijn kan men een vereffeningsrail gebruiken (zie figuur).

Onafhankelijke bekrachtiging

Dynamo's met externe bekrachtiging werden veel gebruikt als versterker: de zeer kleine bekrachtingingstroom wordt door de dynamo versterkt. Zo is het mogelijk een zware gelijkstroommotor te regelen met een relatief zwakke stroom (Ward Leonard schakeling). Alle dynamo's met onafhankelijke bekrachtiging kunnen gebruikt worden als versterker, maar er zijn speciale constructies toegepast om de versterking te verbeteren. Meer informatie hier: dynamo als versterker

Publicités - Reklame

-