Vraagbaak diverse
Niveaumeting ink bij inktjetcartridges
TechTalk
Root server » TechTalk » FAQ Computers » Printers » Niveaumeting bij inktjet
-

-

We bespreken hier de toegepaste meettechnieken bij inkjetprinters met losse inktreservoirs (reservoirs die los vervangen kunnen worden). De printkop zelf kan vervangen worden (Canon) of niet (HP). Een printkop gaat bij normaal gebruik ongeveer 2 jaar mee (HP). Mijn Canon printer (Pixma IP4700) gaat nu al bijna 10 jaar mee, en die wordt redelijk intensief gebruikt (fotoafdruk).

Het printje dat je op sommige catrtridges ziet, dient eigenlijk enkel om te verhinderen dat je de cartridge zou hervullen (er zit een "zekering" in de cartridge die "doorbrand" als de inkt op is). Het printje heeft niets te maken met de inktmeting op zich.

De printer blijven gebruiken met een lege reservoir is slecht voor de printkop. Bij de meeste printers (HP en Canon) wordt en microscopisch kleine hoeveelheid inkt aan de kook gebracht en de drukgolf spuit de inkt op het papier. De printkop geraakt snel oververhit als er geen inkt meer aanwezig is (meer informatie over de technologie van inktjetprinters).

Hoe wordt het inktniveau eigenlijk gemeten bij dergelijke inktvullingen? Het meet-element bestaande uit een infra-rode zender en een ontvanger is in de onderkant van de printer gemonteerd ("1" en "2" op de eerste foto).

De carriage (met printkop en inktreservoirs) passeert langs het meet-element bij het printen. Iedere reservoir is onderaan uitgerust met een klein prisma. De brekingshoek van het licht is verschillend bij een volle of een lege cartridge (overgang plastiek-inkt of plastiek-lucht). Als er nog inkt boven de prisma zit wordt het licht teruggekaatst naar de meetsensor, anders niet. De sensor meet dus of er nog inkt in de cartridge is of niet, maar dit is niet genoeg. Als de inkt op is zit er nog voldoende inkt in de spons om nog een paar foto-pagina's en tientallen tekstpagina's te printen.

Als je de inktstatus raadpleeg, dan zal je zien dat de reservoirs als "vol", "halfvol", "bijna leeg" en "leeg" aangeduid worden. De printer zelf houdt de status bij.

  1. Met een nieuwe cartridge is de status "vol".
  2. Van zodra er een paar pagina's geprint worden gaat de status over naar "halfvol" (de printer telt het aantal dots)
  3. Als de fotocel merkt dat de inkt op is, gaat de status van de betreffende cartridge over naar "bijna leeg" (gele uitroepteken)
  4. Dan kan je nog een aantal pagina's printen met de inkt die in het sponsje zit tot je de status "leeg" krijgt (de printer telt hier ook het aantal dots).
Het vervangen van een "lege" cartridge door een "volle" cartridge (zelfs al is die maar voor 1/3 vol) reset de inktmeting tot een "volle" cartridge want er is geen echte niveaumeting: het is de fotocel die gewoon de aanwezigheid van inkt in het reservoir meet.

Het reservoir is uitgerust met een zekering die doorgebrand wordt bij het bereiken van de status "leeg" (zodat je het reservoir niet kan hervullen). Overigens gebruiken de fabrikanten deze truc al tientallen jaren: de eerste laserfaxen hadden een echte glaszekering van 100mA in de cartridge. Je moest die vervangen als je de cartridge opnieuw vulde of als je nog een paar honderden afdrukken wou maken met je "lege" cartridge.

Zolang de status "bijna leeg" niet bereikt is, kan je blijven printen: vaak worden er printers omgebouwd naar een continue-inktsystemen die de inkt aanvoeren van een extern geplaatste reservoir (het niveau blijft op "halfvol" staan). Daardoor wordt het knoeien met inktcartridges vermeden.

Publicités - Reklame

-