TechTalk
Root server » TechTalk » FAQ bruingoed » 100V professionele geluidssystemen
-

-


Bij professionele geluidsinstallaties is het mogelijk om het volume van iedere luidspreker individueel bij te stellen.
Professionele geluidsinstallaties
100V systemen

Wat is het verschil met een gewone installatie?

Bij professionele geluidsinstallaties hebben wij het meestal over een versterker die muziek en spraak doorgeeft aan meerdere luidsprekers (in een horecazaak, winkel, sportstadium,...). Deze specifieke versterkers voor sonorisatie worden hier verder in detail besproken. Consumententoestellen zijn berekend om één à twee paar luidsprekers aan te sturen.

Me gebruikt in het algemeen de benaming "sonorisatie" voor de muziekverdeling in restaurants en winkels, terwijl men het heeft over een "omroepsysteem" of "Public Address (PA)" heeft in open ruimtes. De kwaliteit kan minder zijn bij omroepsystemen en men gebruikt dan vaak hoornluidsprekers.

inbouwspeaker met vermogenregeling De luidspreker voor inbouwmontage heeft een instelling van het vermogen. Om het vermogen van de versterker te bepalen telt men alle vermogens op ene voorziet men een marge van 30 à 50% vermogensreserve.

100V-systemen

Technici lossen het probleem van de moeilijke aanpassing op door de luidspreker-uitgang van de versterker als een 100V-systeem uit te voeren. Dit is een gestandardiseerd systeem zodat alle versterkers met alle luidsprekers kunnen werken. Op de luidsprekers zelf kan je het opgenomen vermogen selecteren, waardoor de belasting optimaal ingesteld kan worden voor één, tien of honderd luidsprekers.

Een bijkomend voordeel van deze hoge spanning is dat dunnere luidsprekerkabels gebruikt kunnen worden om éénzelfde vermogen over te brengen. Dit is vergelijkbaar met de hoge spanningslijnen om electrische energie over grote afstanden te vervoeren. Een hogere spanning leidt tot minder verliezen.

Men gebruikt eveneens spanningen van 50V, 70V, 140V en 210V; de hogere spanningen worden doorgaang gebruikt voor grotere zalen, sportvelden en race circuits. Iedere keer dat de spanning met 1.4 verhoogd wordt, verdubbelt het afgegeven vermogen aan de luidsprekers indien de instelling van de luidspreker niet gewijzigd wordt.

70V-systemen

In Amerika gebruikt men eerder 70V systemen in plaats van 100V systemen zoals in Europa. Maar je kan probleemloos een 70V luidspreker aansluiten op een 100V lijn. Je moet enkel rekening houden met twee zaken:
  • Het opgenomen vermogen zal dubbel zijn. Een luidspreker die voorzien is als 70V 10W telt eigenlijk als een belasting van 20W op een 100V systeem.
  • De luidspreker zal ook sterker spelen. Men moet ervoor zorgen dat de luidspreker niet overbelast kan worden.

De meeste luidsperkers voor PA gebruik hebben een aanpassingstransfo waar het vermogen ingesteld kan worden. Heeft men een PA luidsprekersysteem met aansluitingen van 20W - 15W - 10W - 5W - 2.5W op 70V, dan mag men de twee hoogste vermogens niet gebruiken op 100V. Aangesloten op 10W werkt de luidspreker alsof ie op 20W zou werken.

Het is natuurlijk ook mogelijk een 70V versterker te gebruiken met 100V luidsprekers: als men het vermogen optelt, dan kan men tot het dubbel vermogen gaan. Bij voorbeeld: versterker 100W 70V: men kan probleemloos 4 luidsprekers van 40W op 100V gebruiken (160W op 100V, 80W op 70V). De luidsprekers zullen wel minder luid spelen en het maximaal aangeduid vermogen van 40W wordt niet gehaald.

Enkele praktische tips

Gebruik je een installatie waarbij je dubbele luidsprekers gebruikt (bijvoorbeeld twee luidsperkers op een paal), dan kan je de twee luidsperkers in serie schakelen en de spanning verdubbelen (de instelling van het vermogen blijft ongewijzigd). Door de spanning te verdubbelen (van bijvoorbeeld 70 naar 140V) worden de verliezen viermaal kleiner. De twee luidsprekers die in serie geschakeld worden moeten dezelfde vermogensinstelling hebben en de instelling moet niet gewijzigd worden bij de overgang van 70 naar 140V. Door de serieschakeling ziet iedere luidspreker de helft van de spanning.

Van een versterker kan je alle uitgangen samen gebruiken, bijvoorbeeld de 70V voor een paar luidsprekers en de 100V voor andere luidsprekers. De 0V aansluiting is gemeenschappelijk (wordt soms C of Common aangeduid). Je hebt dus heel veel mogelijkheden om het vermogen te verdelen over alle luidsprekers. Je moet enkel het effektief vermogen van alle luidsprekers optellen en ervoor zorgen dat het vermogen van de versterker niet overschreden wordt.

De luidspreker voor sonorisatie rechts (schema) heeft aansluitingen voor een vermogen van 5, 10, 15 en 20W. De luidspreker zelf (en de transfo) kan belast worden tot een vermogen van 20W. De vermogens gelden voor een 100V-lijn. Voor een 70V-lijn zijn de vermogens 2.5, 5, 7.5 en 10W. Om 10W effektief te bekomen moet men dus de 20W ansluiting gebruiken. Gebruikt men dezelfde luidspreker op een 140V-lijn, dan zijn de vermogens 10 en 20W en de twee hoogste vermogens mogen niet gebruikt worden, de transfo en de luidspreker zouden overbelast worden (effektief vermogen van 30 en 40W).

In een gecombineerd systeem zoals de inbouwluidspreker hierboven speelt de impedantie van de luidspreker geen rol, beide zijn aan elkaar aangepast. Gebruik je een losse transfo, dan moeten de imperantie van het secundair aangepst zijn aan die van de luidspreker (losse transfo's hebben doorgaans een vaste uitgangsimpedantie van 8Ω).

Publicités - Reklame

-