Root » Servers » Mail servers » Mercury » Eigenaardigeden
Configuratie van een mailserver:
Mercury
Eigendaardigheden
Mercury heeft een aantal eigenaardigheden. Het is belangrijk deze te kennen.
-

-

Applikatie, geen service

Mercury is een programma, geen service. Je moet die dus manueel starten, dit in tegenstelling tot een service dat automatisch start.

Dit heeft als gevolg dat er een gebruiker ingelogd moet zijn om het programma te kunnen starten. Het starten zelf is niet nodig: het is voldoende dat je een link plaatst in Start/opstarten om het programma automatisch te doen starten van zodra de gebruiker ingelogd is. Zorg er ook voor dat "hard to quit" aangevinkt staat, zodat een gebruiker de mailserver niet kan stilleggen (een speciale handeling is dan nodig om het programma te stoppen).

Bij een service is er normaal geen "interface" met de gebruiker. Communicatie tussen gebruiker en software gebeurt via een management console (Start/instellingen) of via een beschermde webservertje. Bij Mercury is het programma dè interface: alle wijzigingen worden aangebracht in de core zelf.

Je kan Mercury runnen als service. Daarvoor zijn twee mogelijkheden:

  • De betalende versie van Mercury gebruiken: deze beschikt over een service loader.
  • Een externe service loader gebruiken (ik heb een tijdje gewerkt met Fire Daemon toen die nog gratis was).
  • Je kan ook het programma automatisch starten met srvany.exe (doe een google op "run application as service").
Bij de overgang van XP naar Vista en Windows 7 heeft Microsoft zijn operating system gewijzigd, waarbij het niet meer mogelijk is dat een service een user interface aanmaakt. Interaktie met de mailserver is dus niet meer mogelijk als je Mercury zou starten als service op een Vista of Windows 7 systeem.

Ondersteuning voor Pegasus en andere vreemde vogels

Netware netwerk

Mercury is een tijdje geleden geschreven, toen er nog verschillende netwerken bestonden. LANtastic, ooit van gehoord? Mercury biedt ondersteuning voor Netware (een netwerk dat al jaren dood is) en ongeveer de helft van de handleiding bevat specifieke tips voor Netware gebruikers. Mercury kan gebruik maken van deze extra mogelijkheden. Omzetting van deze mogelijkheden naar een windows netwerkomgeving wordt nauwelijks besproken.

Pegasus mail client

Extra functionaliteiten zijn ook beschikbaar voor Pegasus-gebruikers. Dit is de bijhorende mail client van Mercury. Deze functionaliteiten zijn leuk in een LAN-omgeving (bijvoorbeeld een geshared adresboek), maar werken niet in een WAN omgeving. Het is een beetje vergelijkbaar met een Exchange integratie.

Webmail

Een veelgevraagde mogelijkheid, namelijk webmail is nog niet beschikbaar. De ontwikkeling ervan is echter aan de gang. Er zal met een apparte module gewerkt worden (zoals de SMTP server, de POP server, enz) en de web module zal volledig geïntegreerd worden in de Mercury core. Een aanzet is reeds gegeven door een web interface te voorzien voor de mailing list (deze kunnen door de gebruikers zelf ingesteld worden).

In afwachting bestaan er applikaties die een dergelijke interface mogelijk maken. IMP van Horde en Squirrelmail zijn de meest bekende. Dit zijn echter geen stand-alone applikaties die je op de server kan runnen, maar PHP applikaties: je hebt een specifieke webserver nodig (met PHP support). Niet aangeraden, omdat PHP vaak slecht beveiligd is en een aparte webserver met PHP ondersteuning nodig heeft.

SMTP Relay

Blijkbaar een gevolg van de opsplitsing in individuele modules is dat de smtp relay server (de server die je uitgaande mails verzameld en doorstuurt) onafhankelijk geconfigureerd moet worden wat betreft wie er mails mag versturen. Bij Mercury heet de smtp relay trouwens SMTP server.

In een LAN-omgeving is dit geen probleem, ofwel sturen de gebruikers direct hun mails uit naar de internet provider (relay.skynet.be of uit.telenet.be), ofwel kan je de LAN adressen in een toegelaten range zetten (zie voorbeeld).

Het probleem stelt zich voor roaming gebruikers. Gebruikers die op de baan hun mails verwerken en mails moeten kunnen versturen. Naargelang de provider zullen ze via Telenet of Skynet moeten werken, maar je server kan ook als relay fungeren. Dit is een nuttige voorziening aangezien webmail niet mogelijk is. Roaming gebruikers moeten nu hun configuratie aanpassen naargelang ze terechtgekomen zijn op het netwerk van Telenet (bijvoorbeeld in een tankstation) of skynet (op hotel).

Om de gebruikers de mogelijkheid te geven met slechts één configuratie te werken:

  • Je moet eerst een tweede smtp poort kiezen (want de meeste providers blokkeren de uitgaande smtp poort als die niet via hun servers passeren).
  • Dan moet je op de server een tweede lijst met gebruikers aanleggen. Mail versturen gebeurt uitsluitend door smtp authentification.
  • De client gebruikt de url van de server voor zowel in- als uitgaande mails en moet authentification inschakelen voor uitgaande mails.

“Pop before SMTP” is niet mogelijk (eerst de mailbox poppen geeft je toegang tot de smtp relay) vanwege de individuele modules die blijkbaar niet met elkaar kunnen communiceren. Pop before smtp wordt trouwens minder en minder gebruikt nu dat er een stabiele protocol voor SMTP authentificatie bestaat.

Een voordeel van deze werkwijze is dat je slechts één smtp-gebruiker hoeft aan te maken (iedereen gebruikt dezelfde credentials om mail te versturen). Dit heeft ook nadelen, dat wil zeggen dat als een persoon de onderneming verlaat, de login-gegevens van iedereen gewijzigd moeten worden. Het is vaak beter ieder gebruiker individueel te definieren in de AUTH Password file (maar het is natuurlijk dubbel werk).

Eén domain


User accounts kunnen niet per domain gedefinieerd worden
Mercury is niet gemaakt om met meerdere domains te werken.

Doorgaans zal dit geen problemen opleveren, bijvoorbeeld als je een bedrijfsdomain op ***.be en ***.com hebt: alle mails voor gebruiker jan.janssens komen in éénzelfde mailbox terecht, dat de mail gestuurd was naar jan.janssens@firma.be of jan.janssens@firma.com speelt hierbij geen rol. Zolang beide dns records (MX) naar het publiek ip adres van de mailserver wijzen is er geen probleem.

Als je echter meerdere domains hebt omdat je volledig gescheiden accounts wilt hebben is dit niet mogelijk (bijvoorbeeld een eigen privé domein, ééntje voor de firma en ééntje voor de vzw waarvoor je ook werkt): er kan slechts één account jan.janssens bestaan. Alle gebruikers zitten in een zogenaamde “flat space”: ze kunnen niet van elkaar onderscheiden worden.

De afhandeling (foutmeldingen) gebeuren via de hoofd-domain. De andere gedefinieerde domains dienen enkel om aan te geven dat mail doorgelaten mag worden.

Het is wel mogelijk een zogenaamde “domain mailbox” aan te maken en die te koppelen aan één welbepaalde user: alle mails voor een welbepaalde domain komen dan toe bij die gebruiker.

Mailing lists

Een mailing list is een distributielijst. Stuur je een bericht naar de mailing list, dan wordt die automatisch verdeeld naar alle mensen op de lijst. Het voordeel daarvan is dat de lijst gecentraliseerd is: iedereen kan ervan gebruik maken (voor zover ze de rechten daarvoor hebben).

Maar ook indien er maar é:én persoon is die de mailings uitstuurt is zo'n mailing list interessant: je hoeft de honderden adressen niet in Cc: (of beter Bcc:) op te nemen. De mail server heeft daarbij een fan-out optie, waardoor de uitgaande mailing opgesplitst wordt. Dit is vaak nodig omdat internet service providers het aantal recipiënten beperken. Met de fan-out optie is het alsof je een aantal individuele berichten zou sturen.

Zo'n mailing list wordt vooral gebruikt voor promotie-doeleinden in bedrijven: de staff public relations of de commercieële dienst maakt een mailing aan, en die wordt automatisch verdeeld. Beide diensten die de lijst gebruiken hoeven de lijst niet te onderhouden. De aangestelde postmaster voert de inschrijvingen en uitschrijvingen uit, dit kan zelfs gebeuren door een speciaal geformateerd bericht te sturen aan de mailserver. Het aantal mailing lists is niet beperkt.

In vergelijking met een echt professionele mailserver zijn de mogelijkheden van de mailing list ook beperkt, maar voldoende voor kleine ondernemingen.

Maildrop

Een van de leuke mogelijkheden van Mercury is zijn maildrop (oorspronkelijk bedoelt voor Pegasus). Het is ideaal voor web applikaties: in plaats van een mail bericht te versturen (met alle ongemakken vandien, bijvoorbeeld server onbereikbaar, netwerk overbelast, ongeldig email adres) wordt een speciaal geformateerd bericht in een map geplaatst en Mercury gaat die automatisch versturen (en ook voor de eventuele foutafhandeling zorgen indien het mailbericht niet terecht zou komen). Dit gebeurt volledig asynchroon, dat wil zeggen dat het versturen van de mail op de achtergrond kan gebeuren, terwijl de webserver reeds bezig is met een volgende opdracht.

Publicités - Reklame

-