Solid State Disks bestaan in twee uitvoeringen: de SLC of Single Level Cel en de MLC of Multi Level Cel. |
-
SLC - MLC
Computerdata is binair: een ééntje of een nulletje. Data op harde schijf wordt opgeslagen met de magnetisatie in de ene of de andere richting en bij een CD of DVD zit de data in de aanwezigheid of afwezigheid van een putje. Het is dan ook vanzelfsprekend dat men data in geheugencellen zou opslaan door de cel electrisch te laden of niet.
Een geheugencel in in feite een veldeffekttransistor (source, gate en drain). Door het aanleggen van een spanning op de gate wordt de transistor geleidend en kan er stroom lopen tussen source en drain. De geheugencel heeft een extra laag waarin electronen opgeslagen kunnen worden. Deze laag is volledig geïsoleerd. In rusttoestand is deze laag niet geladen, het is alsof er geen lading op de gate gezet wordt bij een klassieke veldeffekt transistor. Om een lading in een cel in te brengen wordt er een relatief hoge potentiaal op de gate aangelegd. Electronen lekken door de isolatielaag tot in de geïsoleerde gate. Van zodra er voldoende elektronen gelekt zijn is de cel geprogrammeerd: er zit een 1 op die plaats. De gatespanning mag weggenomen worden: de electronen in de geïsoleerde gate nemen zijn funktie over. Zo wordt in ieder geheugencel een databit opgenomen: we hebben te maken met de SLC of Single Level Cel. Wissen van één enkel element is niet mogelijk, het volledig IC moet eigenlijk gewist worden (intern zijn de geheugenblokken onderverdeeld in functionele modulen zodat niet het volledig geheugen gewist moet worden).
Omdat er altijd een aantal elementen hun lading niet kunnen houden heeft ieder blok (bijvoorbeeld van 4k) een aantal correctiebits. Niet alleen kan er aangegeven worden dat er fout in een blok zit, maar de fout kan ook verbeterd worden (indien er slechts een beperkt aantal bits slecht zijn). Blokken met teveel defekte bits worden uit gebruik genomen: daarom wordt er altijd een deel van de capaciteit gereserveerd voor defekten. Een SSD van 64GB heeft bijvoorbeeld een effektieve capaciteit van 60GB. Al bij het verlaten van de fabriek zullen er defekte bits zijn, en het aantal zal alsmaar toenemen. Slimme gasten hebben echter opgemerkt dat een transistor ook analoog in plaats van binair kan werken. Het is mogelijk een variabele lading op te slaan in iedere cel. In de praktijk gaat men geen volledige byte (8 bits = 256 spanningsniveaus) in een geheugencel kunnen opnemen, maar 2 bits wel (4 niveaus). Bij een 00-bit wordt de gate niet geladen, die blijft op zijn grondniveau, en voor een 11-bit wordt de gate maximaal geladen, hierbij is er geen verschil met de SLC. De elementaire cellen zijn trouwens identiek gebouwd. Voor de tussenniveaus wordt er een kleine lading geïnjecteerd, en dan gemeten of die voldoende is. Is de lading te laag, dan wordt er bijgetankt. Het laden (programmeren) van een MLC of Multi Level Cel is daarom trager dan het laden van een SLC. Het laden in meerdere stappen is niet goed voor de cel. Daarbij komt nog dat de niveau's veel beter gedefinieerd moeten zijn (bij een SLC mag er al wat lading weglekken vooralleer er een leesfout optreed). Dit heeft als gevolg dat een individuele SLC 100.000 keren geprogrameerd kan worden, een MLC slechts 10.000 keren. De levensduur van een SLC wordt op 25 jaar geschat, die van een MLC op 5 à 7 jaar. Bij de SLC gebruikt men nog meer dan bij de SLC de foutcorrectie: het aantal foute bits neemt namelijk toe met het aantal niveau's.
In de praktijk |
Publicités - Reklame