Hoofdindex » Pictures » Nederland » Watersnoodmuseum
Fotografie - Nederland
Watersnoodmuseum (februari 1953)
Nederland
-

-

De vier caissons tijdens de plaatsing in 1953 en de huidige situatie, waarbij de caissons omgebouwd zijn tot museum.

De watersnood van februari 1953 werd veroorzaakt door een opvolging van omstandigheden, namelijk een stormvloed en springtij. Normaal gezien waait de wind uit het westen, waardoor Nederland wat beschut wordt door het Verenigd Koninkrijk. In dit geval kwamen de winden echter uit het noord-oosten, waardoor het water opgestuwd werd in de trechter van het Nauw van Calais. Door de sterke wind bleef de waterstand hoog zelfs bij ebbe, waardoor het waterpeil nog kon stijgen bij vloed.

Dan hadden we ook nog springtij waarbij de invloed van de zon opgeteld wordt bij de invloed van de maan, waardoor het waterpeil hoger kan stijgen. Door de samenloop van omstandigheden steeg het waterpeil tot 385cm boven het NAP (normaal Amsterdams peil). Bij een normale hoogwaterstand stijgt het water tot 80cm boven het NAP.


Eerste foto rechts:
De winden uit het noord-oosten drukken het water in de trechter van het Nauw van Calais. Nederland, België en Engeland worden getroffen door de overstromingen.

Een kleine bres in een dijk is voldoende: door de sterke waterstroming wordt de dijk volledig weggewreten. De stroming is zo sterk dan mensen meegesleurd worden, zelfs al is er op dit ogenblik maar 30cm water. Het is nagenoeg onmogelijk de gaten in de dijken te dichten.

Er is ook veel schade in België: de Schelde en de zijrivieren lopen over en zetten straten blank in Antwerpen, Mechelen en Dendermonde. In Oostende slaan de golven over de zeedijk en zetten het stadscentrum onder water. Ook in België vallen er 28 doden (in Nederland meer dan 1800).

De trechter van de Westerschelde zorgt ervoor dat de waterstanden versterkt worden, zelfs al is er geen stormweer. Bij stormweer en wind uit het noorden wordt het effekt nog versterkt.

Het hoogwater in Oostende en Zeebrugge bedraagt 4.47m en in Antwerpen en Terneuzen 5.48m (namiddag), terwijl men reeds een honderdtal kilometers in land is.


Tweede foto rehts:
Dijkdoorbraak in de Alblasserwaard bij Papendrecht
Op de wikipedia pagina van de watersnood van 1953
staan er indrukwekkende foto's, waar de kracht van het water goed te zien is.

Derde foto rechts:
Noodzender die gebruikt werd om de situatie in Zierikzee te melden. De electriciteit en de telefoonverbindingen waren uitgevallen. De telefoondienst werkte trouwens enkel overdag, het personeel van de (handbediende) telefooncentrales was naar huis vertrokken.

Het is een AM zender die met een gewone radio kon ontvangen worden. De eerste buis is een oscillator met zijn afgestemde spoel en instelbare condensator, de tweede buis is een modulator (mengtrap) en de derde buis is de eindtrap (met anodeaansluiting bovenaan de buis). De afgestemde antennespoel is op een fles gewikkeld. De signalen konden tot in Italië ontvangen worden. Doe dat nu maar eens na, als er geen electriciteit meer is in gans het land...


Na de watersnood hebben de Nederlanders de Deltawerken opgestart om de dijken te versterken en de kustlijn in te korten. Uiteindelijk bleef enkel de Westerschelde open, alle andere inhammen werden afgesloten. In België had men het Sigmaplan om de dijken van de Schelde te verhogen. Er werden ook overstromingsgebieden voorzien. Bij extreem hoge waterstanden op de Schelde worden de sluizen open gezet zodat het water gecontroleerd in bepaalde gebieden kan stromen. Zo wordt de druk op de dijken verminderd.

Om de bressen in de dijken te dichten volstaat het niet stenen en grind te storten. Door de sterke stroming wordt alles meegesleurd. Door de stroming worden de dijken op andere plaatsen ook aangetast en worden andere dorpen bedreigd door de watersnood. Er moet een beter systeem gevonden worden om de bressen snel te dichten.

Om de bressen te dichten zal men caissons gebruiken. Caissons werden reeds gebruikt op het einde van de tweede wereldoorlog (na de landing in Normandië) om tijdelijke havens te bouwen zodat troepen en materieel aangevoerd konden worden naar het front (Mulberry havens). Engeland had nog enkele caissons van het type Phoenix over (de grootste maat). Er worden caissons van verschillende afmetingen gebruikt, de kleine maten worden ter plaatse in Nederland gebouwd, de grotere exemplaren komen uit Engeland.


Derde foto: plaatsing van een Phoenix-caisson

De caissons zijn hol en drijven op het water. Als ze op de juiste plaats aangekomen zijn, worden de kleppen geopend. Het water stroomt in de caisson, die ter plaatse zinkt. Er wordt zand en grind in de caisson gestort om die vast te zetten. Achteraf kan de dijk opnieuw gebouwd worden, met de caissons als basis.

Het watersnoodmuseum is gelegen aan de Oosterschelde, daar waar één van de grootste bressen was. Het dorp dat door de overstroming bedreigd werd was Ouwerkerk. Het gat in de dijk kon slechts maanden later gedicht worden toen de caissons ter plaatse waren. Het was een heel complexe operatie die 's nachts moest gebeuren, als er zo weinig mogelijk stroming was.

De 4 caissons liggen nog op dezelfde plaats. Dit is goed te zien op de luchtfoto bovenaan de pagina. De caissons steken nog uit boven de dijk die hersteld en verhoogd is geweest. Het grootste deel van de caissons zit echter onder de grond. Het eerste caisson werd omgebouwd tot museum in 2001, in 2009 volgden de andere caissons. Het is mogelijk van het ene caisson naar het andere te gaan via tunnels. Het is pas als je eens binnen bent geweest, dat je merkt hoe groot die caissons wel waren.

Er gaat veel aandacht naar het leven in de streek, met de reconstructie van het interueur van een huis uit de jaren 1950. We zien verschillend eaccessoires uit die tijd. Bij de watersnood hebben hele families al hun spullen verloren.

Een andere zaal handelt over de Deltawerken, de afsluiting van bepaalde zeearmen en het verhogen van de dijken. Het afsluiten van de Oosterschelde is misschien indrukwekkend, maar het verhogen van de dijken is even belangrijk, maar niet zo opvallend.

In een laatste zaal wordt er verteld over de opwarming van de aarde en de gevolgen: verhoging van de waterspiegel, zwaardere onweders, meer regenval en overstromingen... Talrijke landen zullen overspoeld worden als er niet ingegrepen wordt.


Vierde foto: het interieur van een huis uit 1950 heeft veel bekijks.

Als je toch in de buurt bent, kan je misschien ook het cameramuseum in Zierikzee bezoeken. Een beetje verder, op de afsluitdijk van de Oosterschelde heb je een museum over de Deltawerken.

Op Walcheren heb je ook een museum over de bevrijding van Zeeland. Het was een zware operatie, maar die noodzakelijk was om de haven van Antwerpen te kunnen gebruiken. De haven van Antwerpen was al bevrijd sinds begin september 1944 maar kon niet gebruikt worden omdat er nog duitse troepen aanwezig waren langs de oevers van de Westerschelde. Pas in november van dat jaar zou de haven gebruikt kunnen worden.

Publicités - Reklame

-