Hoofdindex » Pictures » Oorlogen » Nationaal Militair Museum » Museum gelijkvloer
Nationaal Militair Museum
Vliegbasis Soesterberg Nederland
Fotografie
-

-

Eerste deel van het museum is de eerste verdieping.

Binnen het museum - gelijkvloer

Het gelijkvloers, met een aantal grote stukken. Vroeger was er enkel een landmacht (en een zeemacht, maar er is geen ruimte voorzien voor een fregat). De oorlog gebeurde te voet en in uitzonderlijke gevallen te paard.



En we komen terecht in het deel dat ik museumrommel noem: oude stukken uit lang vervlogen tijden, dat ze in een museum zetten omdat niemend ze wilt hebben. Waarschijnlijk zeer kostbaar, maar het kan mij niet echt boeien.



Er wordt ook aandacht besteed aan operaties die na de tweede wereldoorlog zijn gebeurd: de koloniale oorlogen, de verschillende vredesmissies,...



En nu begin ik te begrijpen waarom het museum mij maar matig interesseert: Nederland en België hebben een eigen geschiedenis. Wij zijn niet naar Indonesië geweest, maar naar Kongo, wij hebben niet deelgenomen aan een vredesmissie in Libanon, maar in Kosovo, enz.



We zijn wel allebei naar de golfstaten getrokken om zeemijnen op te ruimen, maar er was geen plaats in het museum voor een afgedankte "Chasseur de mines tripartite"



Een oude tank uit de tweede wereldoorlog dat als doelwit voor de infanterie gebruikt werd.



Er zijn verschillende helicopters te zien, maar het is niet mogelijk om aan boord van het vliegtuig te gaan.



Een afgeleide van de franse Alouette, dit was één van de eerste helicopters die uitgerust was met een gasturbine (in plaats van een zuigermoter). Een gasturbine is veel krachtiger en weegt minder dan een zuigermotor, maar het verbruik ligt wat hoger. De originele Alouettes hadden een rotor met 3 bladen. Dezelfde gasturbine werd trouwens gebruikt in de stroomgeneratoren van de mijnenjagers omdat ze minder trillingen (geluid) veroorzaakten.



En we komen aan bij de vliegtuigmotoren. De eerste motoren waren afgeleid van motoren die in normale voertuigen gebruikt werden, dus een aantal cylinders in lijn. Dit was echter weinig optimaal.



Men is dan overgegaan op een motor die specifiek ontworpen werd voor de luchtvaart, namelijk de stermotor. Deze motor had als voordeel dat de cylinders, daar waar de verbranding gebeurt beter gekoeld konden worden. Deze motoren werden volop gebruikt tijdens wereldoorlog II.



De turbinemotor (turbojet en varianten) is veel krachtiger, waardoor het vliegtuig sneller kan vliegen. Duitsland had op het einde van de oorlog een aantal Messerschmitt Me 262. Ze waren zo snel, dat ze enkel vernietigd konden worden op het ogenblik dat ze aan de grond waren. En ze waren vaak aan de grond, wegens een tekort aan brandstof in de laatste oorlogsjaren.



De turbojets die in militaire vliegtuigen gebruikt worden wijken af van de motoren die in lijnvliegtuigen gebruikt worden. De motoren in militaire straaljagers bestaan uit verschillende kleinere turbinemotoren om zo de traagheid van de motor te beperken. Sommige straaljagermotoren hebben ook een naverbrander.



Er wordt extra brandstof in de nabrander ingespoten, waardoor de extra aangezogen lucht (bypass) kan verbranden. Dit levert een verdubbeling van het beschikbaar vermogen.



En natuurlijk moest er een ruimte voor de kinderen aanwezig zijn (de xplore ruimte, in het midden van het museum).

Naast de ruimte voor de kinderen is er ook een "klas van '45" over het onderwijs tijdens de tweede wereldoorlog.



Wat mij opgevallen is, is dat het museum gebouwd is volgens de Kijkshop formule (Bestsellers in belgië). Voor de mensen die de (ondertussen failliet verklaarde) winkel niet kennen: de produkten staan opgesteld in vitrines, je vult een blaadje in met het productnummer dat je wilt hebben, je geeft je blaadje af aan de kassa, een medewerker haalt het product uit het magazijn en klaar is Kees (of Marcel in België). Het is bijna vanzelfsprekend dat deze formule de komst van de webwinkel niet overleefd heeft.



Je mag niets aanraken, je mag enkel kijken. Het is een proper kijk-museum, een dure tentoonstelling van militair materieel. Na je bezoek vraag je je eigenlijk af wat je in die twee uren geleerd hebt.



Het is mij bijvoorbeeld opgevallen dat er geen cockpit is, geen vliegsimulator. Alles is statisch (misschien gelukkig maar, wat betreft de opgehangen vliegtuigen).

Na twee uur is het bezoek aan het museum gedaan en loop ik rond in de vrij toegankelijke delen. Daar geef ik ook mijn conclusie na het bezoek.

Publicités - Reklame

-