Hoofdindex » Pictures » Oorlogen » Nationaal Militair Museum » Museum vrij toegankelijke delen
Nationaal Militair Museum
Vliegbasis Soesterberg Nederland
Fotografie
-

-



Vliegbasis Soesterberg - Vrij toegankelijke delen

De uitkijktoren is vrij toegankelijk. Je hebt een goed zicht op de voormalige militaire terreinen. De landingsbaan is niet toegankelijk voor het publiek, het wordt gebruikt door zweefvliegers. Wat je aan de achterkant van het gebouwen hebt, is niet de eigenlijke landingsbaan, maar een taxibaan.



Her en der zie je vliegtuigen opgesteld. Er is weinig informatie over deze toestellen, ze staan daar maar te staan.



Je kan slechts in één van de vliegtuigen klimmen. Het vliegtuig staat buiten het museum opgesteld en is eigenlijk vrij te bezoeken (je moet geen toegangskaart kopen), waardoor er al vroeg een file is om in het vliegtuig te geraken. Als het gratis is, zie je nederlanders.



Er is ook een stuk Berlijnse muur aanwezig. Blijkbaar werden stukken van de muur geschonken aan verschillende musea na de val van de muur.



Het gebouw is prachtig, de vliegtuigen zijn mooi (enkel een prijskaartje ontbreekt nog), de gidsen lopen chicgekleed rond. Maar ik mis iets. Het is enkel nog een gebouw met een stukje natuur er rond. Er is weinig dat nog doet denken aan het militair verleden, behalve de tentoongestelde spullen. Het is alsof ze alles platgebombardeerd hebben en nadien een tentoonstelling opgericht hebben. De verbinding met het verleden is verbroken.



Er wordt weinig informatie gegeven, het moet zeker niet te moeilijk worden. Als technieker voel ik mij hier niet op mijn plaats. Hoe gebeurde het onderhoud van de vliegtuigen? Hoe werkt een volgradar? Waar waren de soldaten gecaserneerd? Welke legereenheden waren er op de basis aanwezig? Het is zeker niet de site die een oud-gediende van de legerbasis zou willen zien, zijn leven is uitgewist.

Het nationaal museum is een opgesmukte en zeer beperkte versie van het leger: de voertuigen moeten nooit onderhouden worden, er zijn geen casernes, de raketten vliegen zomaar naar hun doel gewoon door de wilskracht van de artilleur, een helicopter kan je besturen zoals een 2PKtje,... Een volledig vertekend beeld van wat het leven van een militair is.

De nederlanders zijn erin geslaagd een militair museum op te richten zonder aandacht voor de militairen. Het beste bewijs: in het Marine Museum in Den Helder kan je gratis binnen als militair, aan de balie van het museum in Soest weten ze niet hoe een militaire badge eruit ziet (en krijg je natuurlijk ook geen korting als militair).

Het is een tentoonstelling van dure spullen, maar geen museum.



Belgische musea, da's meestal een warboel in vergelijking met het Nationaal Militair Museum. Maar na het verlaten van bijvoorbeeld Eben Emael weet je tenminste wat er daar gebeurt is. Bepaalde ruimtes zijn opnieuw ingericht zoals in 1940. In Eben Emael kan je bijvoorbeeld een gids boeken, in franse musea over de tweede wereldoorlog (bijvoorbeeld La Coupole) kan je een audiogids huren.

De Bastogne Barracks is nog een echte militaire basis, maar ook een museum: je ziet wat er tijdens en na de tweede wereldoorlog is gebeurd (rupsvoertuigen worden er bijvoorbeeld nog hersteld).



Er is een escape room op de taxiway, maar ik heb niet de indruk dat die nog gebruikt wordt. Misschien bij teambuilding events (dan wordt de baas opgesloten en de sleutel weggegooid).



Als urbex fotograaf hou ik van Wallonië (minder van Vlaanderen, ze gaan daar teveel de toer op van de Nederlanders).

In Wallonië is er geen geld om gesloten fabrieken, oude ziekenhuizen en aftandse kantoorgebouwen af te breken. Vaak is er ook meer respect voor het verleden (of is het eerder je-m'en-foutisme). Zelfs werkende installaties zoals het Hellend vlak van Ronquières of de sluis van Ittre hebben een buitengewoon hoog urbexgehalte door hun ouderdom en zeer slechte staat.

In Nederland moet alles dat niet meer gebruikt wordt zo snel mogelijk platgebombardeerd worden en vervangen worden door iets nieuws. In België niet.

Publicités - Reklame

-