Hoofdindex » Pictures » Oorlogen » Electronica » IR nachtkijker
Tweede wereldoorlog
Nachtkijkers met infrarood licht
infraroodkijkers
-

-

De duitsers hadden ook een nachtkijker ontwikkeld uitgerust met een infra-rode straler. Er was een versie die door de grenadiers gedragen kon worden, maar het systeem had meer succes als het op tanks gemonteerd kon worden. De afbeeldingen rechts hebben betrekking op de tank-versie. Het was een amerikaans ontwerp uit 1931, maar het zijn de duitsers die het systeem voor het eerst hebben toegepast op het einde van de tweede wereldoorlog.

ZG 1229 Vampir

De draagbare versie bestond uit een infra-rode straler, een gewone goeilamp uitgerust met een infra-rode filter zodat het uitgestraalde licht niet zichtbaar was. Een speciale nachtkijker zette het ontvangen infra-rood licht om in zichtbaar licht. De straler en nachtkijker wogen 2.25kg (wat nog aanvaardbaar was), maar de nodige batterijen wogen 13.5kg en moesten op de rug gedragen worden. De duitse benaming voor het systeem was ZG 1229 (Zielgerät).

Het waren actieve apparaten (zie zelf licht uitstraalden). Het infra-rood bereik lag dicht bij het zichtbaar licht, de nachtkijkers waren niet in staat de infra-rode straling van mensen, voertuigen en huizen te detecteren (warmtestralen). In die tijd werd infra-rood licht "zwart licht" genoemd, later is de betekenis enkel gebruikt voor ultra-violet licht en werden infra-rode stralen warmtestralen genoemd.

De draagbare versie werd tijdens gevechten gebruikt vanaf februari 1945, maar er waren reeds testversies beschikbaar begin 1944.

Sperber FG 1250

Dit was de versie die op tanks gemonteerd werd. De lichtbron was hier een gloeilamp van 200W, waardoor het bereik 600 meter was. Er werd een aparte generator gebruikt om de lamp van stroom te voorzien.

Het waren aktieve stralers die in theorie gemakkelijk gedetecteerd konden worden door de geallieerden, maar de amerikanen hadden toen geen infra-rood kijkers. Omdat het bereik van 600 meter eigenlijk te beperkt was, waren er plannen om het slagveld te verlichten met floodlampen die op vrachtwagens gemonteerd waren.

De technologie werd verder verbeterd na de oorlog en voor het eerst door de amerikanen gebruikt in de Koreaanse oorlog. Er was reeds een beperkt gebruik door de amerikanen tijdens de laatste dagen van de oorlog met Japan.

De toestellen hadden geen electronica aan boord, maar de duitsers hadden reeds de technologie in huis om een videocamera en een beeldscherm te gebruiken (er waren trouwens al televisieuitzendingen voor de tweede wereldoorlog). De camera was gevoeliger voor het infra-rood licht, maar de installatie was te complex om op het slagveld gebruikt te worden.

Hieronder een schematische voorstelling van een nachtkijker zoals die door de duitsers gebruikt werd op het einde van de tweede wereldoorlog.

  • De nachtkijker heeft een lichtgevoelige optiek (dus met een groot objectief) om zoveel mogelijk licht op te vangen. De toestellen gebruiken infra-rode stralen dicht bij het zichtbaar licht, waardoor er geen speciaal glas nodig is.

  • Het reëel beeld wordt op de fotocathode gevormd. Het rendement van de toen gebruikte fotocathodes was zeer laag, ongeveer 1%. Er waren 100 fotonen nodig om een electron vrij te maken.

  • De vrijgekomen electronen worden door een electrisch veld versterkt en vallen op een fosforescerende laag (zoals bij een beeldbuistelevisie). Men gebruikte toen groen oplichtende fosforsoorten, want onze ogen zijn meer gevoelig voor groen licht.

  • Met een oculair kan het beeld scherp waargenomen worden. De fotocathode en het scherm vormen een geheel, een korte cylinder met aan één kant de foto-gevoelige laag en aan de andere kant de fosforlaag, beide aan de binnenkant van de cylinder (luchtledig gemaakt).

Later zal men foto-cathodes gebruiken met een hoger rendement zodat de infra-rood stralers minder krachtig kunnen zijn. Maar de nachtkijker versterkt het beeld niet en een IR-projector blijft nodig.

Later heeft men een extra rooster gebruikt (rood op het beeld). De stanning tussen de foto-cathode en het rooster is zeer hoog, waardoor de electronen versneld worden. De electronen die tegen het rooster botsen maken extra electronen vrij zodat er een sterkere electronenstroom is tussen rooster en fosforlaag.

Dergelijke nachtkijkers waren zo gevoelig dat ze genoeg hadden aan het natuurlijk licht van de nacht. Er is geen straler meer nodig. De lichtstralen worden niet gefilterd en de nachtkijker versterkt zowel het infra-rood licht als het zichtbaar licht.

Dergelijke nachtkijkers waren zeer gevoelig voor overbelichting en konden defekt gaan door de kijker in normaal licht te gebruiken.

Moderne nachtkijkers gebruiken tegenwoordig sensoren zoals in digitale fototoestellen. Hier ook heeft de nachtkijker geen IR filter om zoveel mogelijk licht binnen te laten.

Publicités - Reklame

-