<>
Staalnijverheid
Ijmuiden: Hoogovens Museum
Siderurgie
Servers » Pictures » Hoogovens » Lokaties » Ijmuiden » Hoogovens Museum
-

-

Hoogovens Museum


Verschillende doe-opstellingen moeten de jeugd aanzetten om een beroep in de technische sector te kiezen.


Een uniek stuk in het Hoogovens Museum:
een magnetische drum geheugen


Het snellere kerngeheugen verving de magnetische drum


Volledig getransistoriseerde geheugenbanken zijn nog sneller, maar hebben een uiterst beperkte capaciteit (72 bits!)


Programma's en gegevens werden op ponsband opgeslagen en bij de start van de computer overgebracht naar het werkgeheugen (drum of kern).
De instructies moesten in machinetaal ingevoerd worden.

Op de site van de Koninklijke Hoogovens hebben we het hoogovens museum, die onderhouden wordt door het bedrijf zelf (de praktische werking is in handen van vrijwilligers). Dit is een zeldzame verschijning (ik zie nog niet zo direct een museum ontstaan in Zelzate, met de afbraakstukken van Luik, beide lokaties zijn in handen van Mittal). Dit heeft te maken met de openheid van het bedrijf ten tijde van de KNHS en nu ook Tata Steel die vele philanthropische doelen ondersteunt. Wat dat betreft zijn de Hoogovens in betere handen dan bij concurrent Mittal.

Het museum bevat verschillende uitzonderlijke stukken, zoals het bovendeel van een hoogoven (waar de erts en cokes ingebracht worden), met ernaast de klep voor het afsluiten van de oven (de hoogoven werkt in overdruk en de gassen mogen niet ontsnappen). Dan pas merk je hoe groot de installaties zijn.

Op het buitenterrein staat een vat voor de slakken (hoogoven of convertorslakken). Het bord naast het vat heeft een hoogte van 1 meter. Omdat de site van Ijmuiden volop in werking is kan je soms een glimp van de werking opvangen: het uitgieten van de convertorslakken (je hebt een goed zicht op de site vanaf de duinen ten Westen van Wijk-aan-Zee, zie foto op de pagina van de industrieele site).

Opmerkelijk is de afwezigheid van een Bessemer of Thomas-peer voor de conversie van gietijzer in staal: de Koninklijke Hoogovens hebben voor het Siemens-Martin systeem gekozen als primaire convertor (er zit wel een Bessemer convertor op het private deel van de fabrieken).

Het museum wilt ook jongeren aanzetten om een beroep in de technische branche te kiezen (in plaats van politieker of advokaat te worden); er zijn talrijke praktische proeven opgesteld die de interesse van het jongere publiek moeten aanwakkeren.

Een museum in het museum:

Computer Museum

Er is enorm veel te zien in het Hoogovens Museum. Eigenlijk kan het computer-museum een volwaardig museum zijn: het bezit apparaten uit de volledige tijdsperiode van de hoogovens, te beginnen met de buizentoestellen. Het museum beschikt over zeldzame kerngeheugen (ferriet) en magnetische drumgeheugens.

Magnetische drumgeheugen

In de jaren '50 had men twee triodes (één buis) nodig om één bit op te slaan. Een magnetische drum had een capaciteit van 10.000 woorden van 32 bits (komt overeen met de inhoud van deze pagina, zonder de afbeeldingen). Om dezelfde capaciteit met triodes te bereiken had je een enorme kast nodig, en vooral een electrisch verbruik van 20kW. Men is dus drumgeheugen gaan gebruiken als werkgeheugen. Bij de huidige computers worden de gegevens op de harde schijf opgeslagen als ze niet meer nodig zijn, hier wordt het magnetisch geheugen gebruikt als werkgeheugen. Enkel de accumulator, de program counter en de registers werden met buizen uitgevoerd. Bij de overgang naar de transistor is men een drumgeheugen blijven gebruiken omdat transistoren onbetaalbaar waren.

Voor de permanente opslag gebruikte men ponsbanden, ponskaarten en later magneetbanden. Zowel de software als de gegevens werden op band opgeslagen. Het “booten” van de computer gebeurde door de gewenste software in te lezen via een ponsmachine. Het hoogovens museum heeft een grote hoeveelheid apparatuur voor externe opslag.

Bij de drum worden de gegevens op de buitenkant van de drum opgeslagen. Er zijn bijvoorbeeld 32 sporen + 1 synchronisatiespoor (dat het kloksignaal levert aan de processor) en 1 indexspoor (geeft het "begin" van de drum aan). De rotatiesnelheid van de drum bepaalt de verwerkingssnelheid van de processor. Ieder spoor heeft zijn eigen lees- en schrijfkop: de gegevens worden dus parallel van alle sporen gelezen. De opeenvolgende koppen worden 90° ten opzichte van elkaar verschoven, zodat men de sporen dichter bij elkaar kan plaatsen. De drum bevat bijvoorbeeld 10.000 woorden van 32 bits. Adressering gebeurt door de syncpulsen na de indexspoor te tellen. Om een woord te lezen moet de computer wachten totdat het woord onder de koppen passeert, gemiddeld dus de halve omwentelingssnelheid (10ms). Programmeurs schreven de software in machinetaal en plaatsten de gegevens zodanig dat de gegevens onder de kop passeerden op het ogenblik dat die nodig waren. Dit was echt optimalisatie op instruktie-niveau!

Kerngeheugen

Kerngeheugen bestaan uit kleine ferrietkraaltjes die links- of rechtsdraaiend gemagnetiseerd kunnen worden. Men heeft hier het voordeel dat men niet moet wachten totdat de gegevens onder de leeskop komen. Zoals een drumgeheugen is ferriet permanent (het blijft zijn gegevens behouden bij stroomonderbreking). De ferrietkraaltjes werden eerst manueel "geweven" in een soort mat (er liepen 4 draden door één kraal), in de allerlaatste versie werden zachte magnetische bolletjes gedrukt op een ondergrond waarop de flinterdunne electrische leidingen liepen.

Kerngeheugen was heel betrouwbaar en werd bijvoorbeeld gebruikt in het Apollo-programma omdat de informatie niet gewist wordt bij cosmische straling (andere opslagmethoden waren al beschikbaar in de jaren '70, maar men bleeft werken met het uiterst betrouwbare ferrietgeheugen). Indien er bijvoorbeeld een fout gebeurt, volstaat het de computer te herstarten om met een schone lei te beginnen.

De werking van kerngeheugen (hoe een bit lezen en schrijven en de algemene organisatie van de kernen) staat hier uitgelegd.

Geheugens gemaakt met transistoren is men pas op grote schaal gaan toepassen na de komst van de geïntegreede schakelingen (IC): om één bit op te slaan heeft men namelijk twee transistoren in een bi-stabiele multivibrator nodig, waarbij één transistor in geleiding was en de andere geblokkeerd was. Pas met de komst van veldeffekt transistoren en vooral CMOS schakelingen is men de data in kleine condensatoren gaan opslaan. Deze condensatoren moeten regelmatig opgefrist worden, want de electrische lading stroomt lanzamerhand weg.

Publicités - Reklame

-