-
Bezoek in 2012
Maar wat wel vermeden kon worden is de vernietiging van de HF6, één van de grootste hoogovens van België, zo groot dat ie "de GPS van Clabecq" genoemd wordt omdat die van zo ver te zien is. Die hoogoven is gemaakt om meer dan honderd jaar mee te gaan, met ijzerplaten die meer dan 2 centimeter dik zijn. Als de oven in werking is, moeten deze platen weerstaan aan een druk van 3.5 ton per vierkante meter. De platen vertonen geen enkele spoor van roestvorming (de Forges waren inderdaad gekend wegens hun dikke staalplaten die oa. in de scheepsvaart gebruikt werden). Deze platen werden gebruikt in goederenwagons. Wat er nu overblijft van de Forges toont geenszins aan wat het werk in de Forges wel was. De Forges zijn altijd een familiebedrijf geweest, met juist genoeg geldmiddelen om te overleven. Er was geen geld om het confort van de arbeiders te verbeteren. Ieder jaar ga ik naar de Forges om te zien hoe de evolutie van de afbraak gebeurt. Ik ben eerst in juni langsgeweest. Het is er rustig, de afbraakmachines zijn allemaal verdwenen. Er blijven twee hoogovens over: de historische HF2 naast de watertoren (die beschermd is) en de kale HF6. De foto's zijn in Bernd Becher-stijl, met een betrokken hemel en met een telelens genomen om de vervormingen te beperken (dit is nu gemakkelijk: er zit niets meer in de weg!). De wolkjes konden gemakkelijk verwijderd worden met een kleurfilter, maar de schaduwen zijn echter gebleven. De grotere foto's zijn wel in kleur.
HF2(foto 1)Na de bouw van de HF6 werd er plaats geruimd naast de oven voor ontzwavelingsinstallaties en een installatie voor het malen van steenkool die aan de basis van HF6 werd ingespoten. HF5, dan HF4 en HF3 hebben moeten wijken. HF2 gebruikt een laadsysteem van Staehler wat hem redelijk uniek maakt in de wereld (op Uckange na is dit de enige overgebleven hoogoven met een gelijkaardig laadsysteem). Uckange gebruikte daarbij nog een liftsysteem om de grondstoffen in te brengen. De HF2 werd gemoderniseerd na de bouw van de HF6 en kon ingesteld worden om een verschillende soort gietijzer te produceren. Daardoor kon men speciale staalsoorten maken, die zeer gevraagd werden.
HF6(foto 2)De HF6 werd in gebruik gesteld in 1972, het jaar dat de Golden Sixties afsloot. Juist voor de oliecrisis van 1973 en de autoloze zondagen. Toen nog geen vuiltje aan de lucht (dat mag wel zeer figuurlijk opgenomen worden in Clabecq). Hij werd definitief stilgelegd eind 2001 en afgebroken de 4 september 2012 (foto's 3, 4 en volgenden).
Men ziet nog talrijke groene waterleidingen en de bufferreservoirs (foto 5). Er was een noodreservoir bovenop de laatste cowpertoren van HF6. Waterkoeling is extreem belangrijk voor de hoogovens. Het is een onderbreking in de aanvoer van koelingswater die aan de bron ligt van een explosie in een hoogoven in Engeland op 8 november 2001. Er is een stroomonderbreking geweest en de noodgeneratoren konden niet snel genoeg opgestart worden. De bufferreservoirs zijn leeggelopen en de koelblokken zijn oververhit geraakt. Deze koelblokken zijn in koper, en koper smelt bij een lagere temperatuur dan staal. Als de waterdruk hersteld werd, zijn deze blokken beginnen te lekken in de oven. Het water in contact met de hete cokes heeft waterstofgas geproduceerd (zoals in de "gazogène" auto's tijdens de tweede wereldoorlog). Waterstofgas is zeer explosief en is ontploft als men de blaaslucht weer ingeschakeld heeft. Tegenwoordig meet men constant de hoeveelheid waterstofgas in de hoogovengassen om dergelijke explosies te vermijden. De foto 6 toont de giethal van de HF2. Er lopen twee sporen onder de giethall voor de afvoer van het gietijzer en de slakken. Door de tunnel onder de giethall ziet men wat er overblijft van HF6. Foto 7 de grote hall bevat nu machines voor het verwerken van de grond. Deze machines lijken allemaal nieuw in hun groene kleur, maar het is recup, misschien op Troostwijk gekocht! Men had evengoed de natuur haar gang kunnen laten gaan, zoals in Duisburg, maar men wilt de terreinen zo spoedig mogelijk gebruiken voor kantoorgebouwen en burelen. Dit terwijl de industrieterreinen in Halle er verlaten bijliggen wegens geen kopers. Foto 8: wat er uiteindelijk overblijft: twee cowpers van de HF1, de HF2 en twee van zijn cowpers, en dat is het. En daarmee wilt men een museum bouwen... Belachelijk, gewoon. Dit geeft zeer slecht weer hoe de arbeidsomstandigheden in Clabecq waren. |
Publicités - Reklame