<>
Staalnijverheid
Staalfabriek van Chertal
Siderurgie
Servers » Pictures » Hoogovens » Lokaties » Chertal
-

-

Staalfabriek van Chertal


De einde van de continu gieterij. De stalen plakken komen hier op het einde van de lopende band en worden met reusachtige kranen opgetild.



Een torpedowagen op de verlaten site van Chertal. De wagen kan gekanteld worden om de wagon leeg te laten lopen.


De spoorweg die het gietijzer van de hoogovens naar de staalfabriek brengt, 20km verderop.

Een van de kenmerken van de Luikse staalnijverheid is de versplinterde ligging van de verschillende produktiesites. De staalnijverheid ontstond zeer vroeg in het Luikse (eigenlijk al vòòr het ontstaan van België) en de fabrieken waren relatief klein in vergelijking met de huidige mastodonten zoals Duinkerke en Sidmar.

De behandeling van het gietijzer gebeurde niet meer op dezelfde site waar het gietijzer gemaakt wordt (de hoogovens HFB van Ougrée en HF6 van Seraing), maar op een andere site, gelegen 20 km aan de andere kant van Luik. Ook de twee hoogovens staan trouwens op kilometers van elkaar.

Het is van groot belang dat het gietijzer heet genoeg blijft: als het ruwijzer stolt is niet enkel de lading verloren, maar ook de torpedowagen die voor het transport zorgt. Ter plaatse wordt de lading warm gehouden door speciale branders, totdat de convertoren de lading (100 à 125 ton ruwijzer) kunnen verwerken.

De torpedowagens wegen zoveel, dat er platte wagons tussen de torpedo's geplaatst worden zodat het gewicht over een grotere afstand verdeeld wordt. Daardoor kunnen de sporen niet beschadigd worden. Door de afstand tussen iedere torpedo rijdt er op een bepaald ogenblik maar één torpedo over de brug.


De weg die afgelegd moet worden via het spoor.

De staalfabriek beschikt over drie LD convertoren (Linz-Donawitz) die het ruwijzer (rijk aan koolstof) omzetten in staal door inspuiting van zuurstof onder hoge druk. De zuurstof zal eerst het koolstof in het gietijzer verbranden.

De site heeft ook twee continu-gieterijen die het vloeibaar staal omzetten in stalen plakken van ongeveer 20 cm dik.

De warmwalserij zet iedere plak om in één coil (stalen rol van ongeveer 2 meter diameter) via een walserij (train à large bande TLB). Een warmwalserij staat beschreven op de pagina over Sidmar Gent.

De coils worden uiteindelijk gebruikt in een koudwalserij om staalplaat te maken voor de automobielindustrie, voor conserveblikken, enz. Dit gebeurt op nog een andere plaats.


Mittal kan de site nog gebruiken tot 2025, maar de kans is zeer klein dat de produktie ooit weer opgestart zou worden. De hoogspanningstransfos zijn echter nog allemaal onder spanning, waarschijnlijk om te vermijden dat koperdieven ze in stukken zouden snijden en meenemen.

De warme lijn werd meermalen stilgelegd en weer opgestart, de laatste keer in 2008 om de tekorten op de markt op te vangen. Enkele maanden later helaas is er de economische crisis, en de hoogoven wordt opnieuw stilgelegd. Als de hoogovens niet werken, heeft de staalfabriek en gieterij geen grondstoffen en moet die ook sluiten.

In 2011 wordt besloten de volledige warme lijn stil te leggen. De hoogovens onder cocon houden heeft geen zin meer, de produktie zal niet meer opgestart worden. het onder cocon plaatsen had in de tijd ook een andere bedoeling, namelijk hoop scheppen dat de produktie ooit opnieuw zou opgestart worden. Dit had als voordeel dat de arbeiders niet ontslagen werden (hoge kost voor Mittal), maar economisch werkloos waren (geen kost voor Mittal).

Met de warme lijn wordt ook de cokesfabriek stilgelegd. Die bleeft op laag vermogen werken zolang er hoop was dat de staalproduktie opnieuw opgestart kon worden (een colesfabriek kan men niet stilleggen zonder dat de installatie onbruikbaar wordt).

Het onder cocon zetten van de hoogovens heeft nog een ander voordeel: de eigenaar moet de site niet herstellen (grondzuivering, afbreken van de installatioes, enz). Het is ook niet zeker of Mittal de kosten zal willen dragen voor het saneren van de produktiesites. Waarschijnlijk zullen de produktiesites verkocht worden aan gespecialiseerde bedrijven.

In Ougrée (aan de Maas) is men niet van plan woningen te bouwen (dit is van belang omdat de sanering minder grondig moet gebeuren). De hoogoven van Seraing is echter midden in de stad gelegen en daar zou men de gronden misschien kunnen gebruiken voor een nieuwe woonwijk. In ieder geval is men van plan één hoogoven te bewaren, maar men weet nog niet dewelke.

De staalfabriek van Chertal is nu totaal verlaten. Regelmatig worden koperdieven betrapt. Het is een parallele industrie die hier ontstaan is, met arbeiders van vreemde origine die een kamp in de verlaten fabrieksgebouwen zetten en al het koper recupereren. Bij ieder bezoek verdwijnen er tonnen koper.

De gronden van Chertal zijn geisoleerd van de rest van de wereld (schiereiland op de Maas) en er is een heel aparte fauna ontstaan. De staalfabriek zou men beter overlaten aan de natuur en er een park van maken.

Update december 2016: de staalfabriek wordt in loten verkocht. Mittal heeft de staalfabriek aan een groep investeerders verkocht, maar die waren niet in staat de produktie te hervatten, en de kosten bleven maar oplopen. De curatoren hebben dan maar besloten de hele site in stukken te verkopen om de oplopende schuldenberg gedeeltelijk af te betalen.

Laatste foto's rechts:
De trein die de lege torpedowagens terug brengt van de staalfabriek van Chertal naar de hoogovens waar ze opnieuw gevuld zullen worden met vloeibaar gietijzer. De lijn wordt enkel gebruikt voor dit transport en electrificatie is niet rendabel.

Publicités - Reklame

-