Hoofdindex » Pictures » France » Bunkers » Frans Vlaanderen
Départements Nord/Pas de Calais
De tweede wereldoorlog
Frans Vlaanderen
-

-

Ik ga vaak in het Noorden van Frankrijk wandelen. Met de auto is het gemiddeld een uur rijden. Deze streek zit vol bunkers uit de tweede wereldoorlog, en het is daarom vanzelfsprekend dat de geschiedenis van deze streek mij snel begon te boeien.

Het zijn deze departementen die het meest geleden hebben tijdens de eerste en tweede wereldoorlog. In de eerste wereldoorlog liep het front door het département du Nord, en in de tweede wereldoorlog werd de regio volledig afgescheiden van Frankrijk en bestuurd vannuit Brussel. De grens met Frankrijk werd gevormd door de rivier Somme.

Tijdens de oorlog zijn er nog andere departementen overgeheveld naar Duitsland: Lotharingen en Elzas, twee streken met een gemengde populatie, en die afwisselend ingelijfd werden bij Frankrijk of Duitsland naargelang de uitslag van de laatste oorlog.

Frans Vlaanderen maakte vroeger deel uit van een groot land, het Koninkrijk der Nederlanden, dat zich uitstrekte van de Somme in het zuiden, tot aan Friesland in het noorden.

Lodewijk XIV, de führer uit die tijd, is begonnen met verschillende invasies. De veroverde streken werden gedwongen gefranciseerd. Steden met een vlaamse naam zijn nog overal te merken in de streek: Duinkerke, Wissant, Hazebroek. Bepaalde steden hebben een nieuwe naam gekregen, de oorspronkelijke naam bleek nagenoeg onuitspreekbaar door de fransen: Sint-Winoksbergen werd Bergues, u wel bekend door de film “Bienvenue chez les Ch'tis”.

De franse politiek is er altijd een geweest van centralisatie, assimilatie en annihilatie in plaats van een politiek van wederzijdse culturele verrijking. Eenzelfde taal, eenzelfde administratie, dezelfde schoolboeken en in twee generaties voelen de vlamingen zich frans in plaats van vlaams. Dat is ook de reden waarom Frankrijk zijn eigen televisiestandards gebruikte: eerst een systeem op 819 lijnen (terwijl de rest van Europa voor 625 lijnen had gekozen), en als de fransen later noodgedwongen naar het 625 systeem zijn overgestapt, was het met een technisch minderwaardig systeem (positieve modulatie en AM geluid in plaats van negatieve modulatie en FM geluid). Kleur moest in SECAM: Surtout Eviter la Compatibilité Avec le Monde.

Tijdens de tweede wereldoorlog was de afscheiding van de noordelijke departementen een feit. Daarvoor waren er verschillende redenen. De eerste reden is zuiver militair. Bij de invasie hebben de duitsers snel de Somme en de grote franse zeehavens bereikt, terwijl de engelse en franse troepen vast zaten ten noorden van Duinkerke. De Somme vormde zo de scheiding tussen de duitse troepen en wat er overbleef van de franse troepen.

Na de invasie van een groot deel van Frankrijk bleven de noordelijke departementen zeer belangrijk voor Duitsland. De invasie van Engeland zou vannuit de Pas-de-Calais gebeuren (Unternehmen Seelöwe), en nadien dachten de duitsers dat de bevrijding in dezelfde streek zou gebeuren. De zwaarste gevechten vonden plaats in deze streek (operation Dynamo). De kuststreek is altijd een militaire zone gebleven en de bevolking werd weggejaagd (behalve om te werken aan de bouw van de Atlantikwall).


De regios die deel uitmaakten van het Koninkrijk der Nederlanden.
Verschillende steden hebben een nederlandstalige naam.
Een andere reden was economisch van aard: het was de meest industrieele regio van het land, met talrijke steenkoolmijnen en hoogovens. De regio leverde ongeveer 50% van alle afgewerkte produkten van Frankrijk. De industriezone strekte zich uit van Duinkerke tot Luik en vormde eigenlijk één economisch geheel zoals het Ruhr-gebied en Lotharingen (later, de sluiting van de steenkoolmijnen en de zware industrie gebeurde ook bijna simultaan). De industrialisatie werd toen hoofdzakelijk bepaald door wat men in de bodem vond: hoofdzakelijk steenkool, en dit was zeer gegeerd door de duitsers die geen kolonies hadden en er kerosine mee maakten.

Bij het begin van de oorlog werd de regio die snel veroverd werd bestuurd vannuit Brussel. Later, als de duitsers verder zuidwaarts zijn getrokken bleef de regio bestuurd vannuit Brussel. De Somme vormde een natuurlijke grens om de mensen die gevlucht waren buiten de streek te houden (de duitsers hadden niet veel zin om duizenden mensen die gevlucht waren terug toe te laten). De produktie van de industrie ging richting Duitsland. De streek was praktisch afgesloten van Frankrijk.

Een laatste argument heeft ook gespeeld bij de annexatie van Frans Vlaanderen. Vlaanderen (en daarbij horende ook Frans Vlaanderen) was een germaans volk en moest daarom bij het groote duitse rijk gevoegd worden. De streek kende veel collaborateurs, zowel in Vlaanderen (die de onafhankelijkheid wilden tegenover België dat franstalig was) als in Frans Vlaanderen (strijd tegen het communisme, dat zeer aktief was in deze industrieele regio). Het was voor de SSers normaal om van deze regio een deel van Duitsland te maken. na twee generaties (en zeker na "duizend jaar" (sic)) zou de volledige regio opnieuw germaans zijn. In deze regio had de propaganda meer invloed dan in andere streken van Frankrijk en het is niet denkbeeldig dat de regio germaans was geworden, had de oorlog honderd jaar geduurd.

De situatie verbeterde niet als de Duitsers verdrongen waren. De situatie werd zelfs zeer kritisch aan het begin van de winter. Er waren geen vervoersmiddelen (alle voertuigen waren beschadigd en er was geen brandstof), maar er was ook geen produktie: alle fabrieken, waterwegen, hoofdwegen en rangeerstations werden gebombardeerd in de zomer (om de Duitse troepen in de regio te houden). Men moet denken dat ongeveer 50% van alle bommen in het Noorden van Frankrijk zijn gevallen.

In de herfst werden de overgebleven fabrieken vernietigd door de Duitsers en de havens werden onbruikbaar gemaakt: de weinige levensmiddelen die aangevoerd werden gingen prioritair naar het leger. Vele gezinnen hadden enkel brood te eten, en een stukje spek op zondag. Steenkool was gerantsioeneerd en werd vooral gebruikt voor militaire transporten met de trein. Eenmaal dat de treinen opnieuw konden rijden werd een deel van de voedselproduktie verplicht naar Parijs gestuurd, terwijl er evenveel hongersnood was in het Noorden.

Als informatiebron heb ik het boek "Le Nord Pas-de-Calais dans la main allemande" gebruikt. het is een academisch boek, het lijkt wel of die duizend jaar na de oorlog geschreven is: een opsomming van de feiten. De duitsers waren eigenllijk niet zo erg, er waren niet zoveel collaborateurs, de communisten waren vriendelijke mensen en de zuivering achteraf was heel beperkt. Het is alsof de oorlog een onbelangrijk nieuwsfeit was.

Publicités - Reklame

-