-
![]() Het boek “Mijnerfgoed in Limburg” geeft een mooi en compleet beeld van de mijngeschiedenis in Limburg. Er is een historische schets, van de eerste proefboringen tot de uiteindelijke sluitingen van de mijnen. Het tweede deel behandelt de individuele sites: het waren immers allemaal individuele bedrijven, waarbij er vooral grote verschillen in de bouw van de cités waren. De bouwstijl van de cités veranderde immers in de loop der jaren. Limburg was dunbevolkt en er moesten werkkrachten uit de omliggende regio's gehaald worden. Om de mijnwerkers aan de mijn te binden kregen ze huisvesting in de nabije buurt. Er is ook informatie over wat er nu nog overblijft van de verschillende steenkoolmijnen, maar helaas is dit hoofdstuk zeer kort. De meeste steenkoolmijnen werden afgebroken na de sluiting. Meestal blijft er nog een schachtblok over. Als er nog gebouwen overblijven, dan hebben ze een nieuwe funktie gekregen, die geen band heeft met de steenkoolontginning. Enkel in Beringen is er een mijnmuseum. Na de tweede wereldoorlog was er veel steenkool nodig voor de reconstructie van het land. Steenkool werd toen gebruikt voor het bereiden van de maaltijden en voor de verwarming van de huizen. Alle electriciteitscentrales werkten op steenkool, en ze moesten regelmatig stilgelegd worden omdat er te weinig steenkool was. De staalnijverheid had enorme hoeveelheden steenkool nodig.
Dit was de start van het bedrijf Foraky “Société Belge de Forage et Fonçage selon le système Raky”, dat vanaf die periode een internationale faam genoot. Ook de derde schacht van de steenkoolmijn in Marcinelle (le Bois du cazier) werd door deze firma geboord. Deze schacht is gedempt na de mijnramp.
In het boek "Mijnerfgoed in Limburg" zijn er een paar losse bladen met een situatieschets van de mijn, hoe die er vroeger uitzag en wat er nu nog van overgebleven is.
Een aantal jaren geleden heb ik een fotoshoot in Beringen-Mijn gehouden. Toen was alles nog nagenoeg bereikbaar, ik ben in de pompenzaal en de kolenwasserij geweest. Tegenwoordig is er wel een museum (met heel weinig materiaal), maar al de rest is afgesloten voor het publiek. De lokomotief die voor de foto gebruikt werd is nu volledig doorgeroest en kan enkel nog een plaatsje vinden op een stort. ![]() De verschillende toegekende exploitaties, niet alle exploitaties werden effectief gebruikt. We hebben achtereenvolgens de steenkoolmijn van Beringen, Zolder, Houthalen, Winterslag, Waterschei en Eisden, deze worden in detail besproken op de pagina. De steenkoolmijnen lopen door in Nederland en Duitsland tot voorbij Aken, zie het groter plan. De grens tussen de belgische vestigingen en de nederlandse werd gevormd door de Maas, die ook de grens vormde tussen België en Nederland. |
Publicités - Reklame