Hoofdindex » Beelden » Belgie » Plaatsen
Toeristische plaatsen
Belqië
Fotografie
Ik beperk mij niet tot de (belgische of vlaamse) kust, ik verruim ook mijn horizon. De belgische kust wordt hier besproken.
-

-


Waterwegen

Hier bekijk ik andere min of meer toeristische plaatsen langs de waterwegen, bijvoorbeeld de scheepslift in Strépy Thieu en het hellend vlak in Ronquières. Beide sites worden beheerd door dezelfde vzw, die ook de historische scheepsliften op het Canal du Centre beheert.

Met de stuwdam op de Gileppe blijven we in dezelfde hydraulische sfeer. De stuwdam levert water aan de wolnijverheid van Verviers en omgeving. De stuwdam in Eupen op de Vesder is minder bekend (en een beetje minder indrukwekkend).

Het treinstation van het kasteel van Ardenne wordt niet meer gebruikt. Het is een lange wandeling langs de golfterreinen om terecht te komen bij een klein cirkelvormig gebouw.

De stuwdam in Robertville en Butchenbach stabiliseren het debiet van de Warche. Beide stuwdammen hebben een kleine electriciteitscentrale.

En als laatste, de meren van l'Eau d'Heure. De stuwdam van Plate Taille werd gebouwd om voor de watervoorziening van de Samber in de zomermaanden te voorzien. L'Eau d'Heure is de belangrijkste toeristische plek van Wammonië wat betreft het aantal bezoekers.


Electriciteitscentrales

En we gaan verder met enkele electriciteitscentrales...

Ik ben eveneens naar Charleroi geweest om de verlaten electriciteitscentrale van Monceau sur Sambre te bezoeken (of wat er nog van overblijft). Dit is eigenlijk het tegengestelde van een toeristische lokatie, en de recente sluiting van Caterpilar zal de streek geen nieuwe elan geven.

In Ruien daartegenover is alles peis en vree. Transfo Zwevegem wordt niet afgebroken, daar gebeurt gewoon niets. Er is blijkbaar geen geld om bepaalde delen te restaureren, ondanks de hoge kost die je moet betalen voor een fotoshoot ter plaatse.

En nu we toch bezig zijn met electriciteitscentrales, waarom niet eens een bezoek brengen aan Val Benoit in Luik? Het was een kleine electriciteitscentrale gekoppeld aan de Universiteit van Luik.


Steenkoolmijnen


Dit is alles wat er nog overblijft van de steenkoolmijn van Houthalen: een schachtbok. Van Zwartberg blijft er zelfs niets meer over.


De leefomstandigheden in en rond de eerste steenkoolmijnen waren verschrikkelijk, zie bijvoorbeeld de film "Misère au Borinage" van Henry Storck en Joris Ivens. Mensen met tuberculose werden verwijderd om contaminatie proberen tegen te gaan, de meest fortuinlijke werden in een sanatorium geplaatst zoals het sanatorium du Basil. Kinderen werden naar een preventorium gestuurd om aan te sterken, zoals het preventorium van Dolhain, beide in de provincie Luik.

Een steenkoolmijn die gedeeltelijk gerenoveerd werd is de steenkoolmijn Le Martinet tussen Roux en Monceau sur Sambre.

De steenkoolmijnen van Limburg waren allemaal gelegen in de streek tussen Beringen aan het Westen en Maasmechelen aan het Oosten. De mijnen werden opgericht door verschillende bedrijven, maar uiteindelijk gingen ze allemaal deel uitmaken van de Kempense Steenkoolmijnen. De steenkoolmijnen liepen door in Nederland, maar er blijven weinig gebouwen over: eenmaal de steenkoolmijnen gesloten werd alles afgebroken, terwijl steenkoolontginning één van de belangrijkste industrietakken van Nederlands Limburg was (om niet te zeggen de enigste)

Ook in de Kempen waren er verschillende steenkoolmijnen. De ontginning van steenkool in Limburg heeft slecht een 50-tal jaren geduurd. Men is pas naar steenkool gaan graven als de waalse reserves uitgeput geraakten, dat was begin van de 20° eeuw. In de jaren 1980 konden de limburgse steenkoolmijnen niet meer concurreren met ingevoerd steenkool.

De vraag naar steenkool was ook sterk gezakt, en enkel de staalindustrie gebruikte nog grote hoeveelheden steenkool. De huishoudens waren al langer overgestapt op mazout of aardgas.

De meeste mijnen zijn volledig afgebroken en het enige dat er soms nog van de mijn overblijft zijn de schachtbokken. Van Zwartberg blijft er zelfs niets meer over (de schachtbokken werden opgeblazen). De meeste gebouwen kregen een nieuwe bestemming die niets meer met het mijnverleden te maken heeft. De steenkoolmijn van Beringen was zeer uitgebreid en nagenoeg alle gebouwen zijn bewaard gebleven. Het museum van de mijn staat op de site van Beringen, maar de verdere renovatie is nog altijd aan de gang. De steenkoolmijn van Winterslag is een voorbeeld van geslaagde reconversie.


Bernd et Hilla Becher hebben verschillende min of meer verlaten industriesites gefotografeerd: watertorens, hoogovens, schachttorens van steenkoolmijnen en dergelijke. Het waren de eerste urbex-fotografen, maar ze hadden de bedoeling de werkelijkheid zo nauwkeurig mogelijk weer te geven. De foto's werden bijvoorbeeld enkel genomen als het weer betrokken was om schaduwen te vermijden.


Urbexlocaties

Mijn stelling is dat er urbex locaties voorzien moeten worden voor wandelaars, fotografen,... De stelling wordt bewezen door het groot aantal bezoekers die naar Doel, Landschaftspark Duisburg,... gaan. Een voorbeeld van urbex lokatie die dreigt verloren te gaan is Petrol Zuid in Antwerpen (om er een stomme voetbalstadium in de plaats neer te poten). Petrol Zuid is een lokatie met een zeer rijk verleden. In 2024 ben ik opnieuw Petrol Zuid gaan bezoeken, en het is duidelijk geen urbexlokatie meer. Het ziet er allemaal veel te proper uit en de padelvelden zien er verschrikkelijk uit.

In Charleroi le gris est noir. En het is nog erger in Farciennes, een satellietgemeente van Charleroi.

Ook iets dat tot ons nationaal petrimonium behoorde: de satellietschotels van Lessive om internationale telefoongesprekken te voeren via de satellieten van Intelsat. Het was een standaard-schooluitstap voor de waalse kinderen.

De Foundation Verbeke nabij Antwerpen komt eveneens aan bod. Dit is ook een trekpleister geworden en zodra het mooi weer is zit de parking vol (te betalen met belgische muntjes). Tweede bezoek in het coronatijdperk.

Er zijn heelwat sites die getuigen van het rijke verleden van Wallonië. Het beheer van die oude sites wordt echter overgedragen aan Spaque, een bedrijf met als slogan: “de la Wallonie d'hier, nous créons celle de demain”. Dit betekent praktisch dat alle oude werkplaatsen afgebroken worden om er appartementsgebouwen in de plaats te zetten. Unieke machines, uitzonderlijke gebouwen, plaatsen met een rijk verleden worden zo totaal vernietigd, zoals hoogovens, met de Forges de Clabecq die een zeer rijk verleden hebben gehad. Het is enkel danzij het initiatief van buurtbewoners dat er soms een pareltje gered kan worden.

Eén lokatie die niet gered moet worden is de Poudreries Réunies voorbij Charleroi. Het was een wapenfabriek (ze maakten mijnen, granaten, mortier, enz). De onderneming is failliet gegaan 30 jaar geleden en er is verder niets meer gebeurd met de gebouwen. De gebouwen zijn niet interessant.

Een maand na mijn bezoek aan de Poudreries is er een rave party in de oude fabriekshallen van Spontin (bronwater).

Een boek "Verdwijnend België": geen typische urbexboek waar de auteur de meest opmerkelijke foto's publiceert, maar een goede mix van informatie en degelijke, niet overmatig bewerkte foto's.


Musea

Le Musée de la Métallurgie et de l'Industrie de Liège toont ons een historisch overzicht van de industrie in Luik, met zalen over de electriciteit, de staalnijverheid, enz. Er zijn ook tijdelijke tentoonstellingen.

Le Bois du cazier is een steenkoolmijn in de Borinage, vooral bekend wegens de mijnramp in 1956. Tegenwoordig is de site een museum met verschillende tentoonstellingen. Een andere mijnmuseum is Blégny-Mine met mogelijkheid om ondergrondse galerijen te bezoeken.

Le musée de la photographie de Charleroi is gelegen op 5km van Le Bois du Cazier, in een oude klooster. Er zijn een aantal oude fototoestellen, maar de meeste aandacht gaat naar oude en meer recente foto's. Er is weinig aandacht voor de technische kant van de fotografie. Regelmatig zijn er thematische exposities.

In het Noorden van Frankrijk waren er ook talrijke steenkoolmijnen, bezoek bijvoorbeeld het mijnmuseum van Lewarde.

Trainworld is het belgisch museum over de treingeschiedenis (en Kuifje), gelegen in Brussel.


Fotoshoots


Fotoshoot in Beringen-Mijn in 2009. Toen kon je nog overal binnen.


De fotoshoot werd georganiseerd in het kader van de Internationale Shooting Days, waarbij modellen en fotografen uit verschillende landen worden uitgenodigd. De volgende Internationale Shooting Days 2021 gaan door van donderdag 1 juli tot maandag 5 juli in Huy nabij Luik. Contacteer mij om deel te nemen aan dit uniek evenement.

Pagina met extra lokaties voor fotoshoots, zowel in België als in het buitenland. In tegenstelling met de plaatsen hier zijn deze lokaties eerder voorzien voor fotoshoots met modellen (Doel, Duisburg, enz). Ik ben regelmatig naar verschillende van deze plaatsen geweest met modellen.

Publicités - Reklame

-