Historisch
Techniek vroeger en nu
Televisie

Geschiedenis van de televisie

Indexpagina over de analoge televisie, van de eerste proefuitzendingen tot de uitschakeling van de analoge zendmasten
-

-


Schematische voorstelling van een televisiezender en ontvanger
uit het boek "Draadloze Energie — Grondslagen der electronika"
De voorstelling is niet 100% correct (aan zenderkant zit de oscillator niet in het signaalpad),
het is een boek dat bedoelt was voor kinderen

Sitemap televisie
Inleiding
De Panoramareportage over de Millet-jasjes, een testbeeld, een beeldplaat en het einde van de VRT zoals we die kennen. Daar moet je ook zijn voor Permission Machine.

De mechanische systemen en experimentele televisie, het intermediate film system en de 100% electronische systemen
De duitse norm op 441 lijnen
De franse televisienormen voor de tweede wereldoorlog
Er werden al televisieprogramma's uitgezonden voor de tweede wereldoorlog. het waren voornamelijk proefuitzendingen en ieder land had eigen normen. Toen stoorde het niet, want het bereik van de zenders was eerder beperkt en er waren slechts een paar televisietoestellen aanwezig, vaak zelfbouwtoestellen.

Bij de mechanische systemen hebben we het over de Nipkow schijf, maar ook over de intermediate film system, waarbij de opname erst op film gebeurde, die direct ontwikkeld werd om dan gescand te worden, dit om de beperkte gevoeligheid van de opnamesystemen te beperken.

De lichtstipaftaster werd oorspronkelijk gebruikt om vaste plaatjes weer te geven, maar ook om film op televisie weer te geven.

De eerste opnamebuis die voldoende gevoelig was voor normale televisieopnames was de iconoscoop.

De televisienormen verschillen voornamelijk door het aantal lijnen, we bespreken ook twee voor-oorlogse normen: de 441 en de 405 lijnen.

De televisienormen in de praktijk (CCIR normen voor zwart-wit televisie)
De franse 819 lijnen norm
In tegenstelling met de radio moet men voor de televisie heel specifieke normen afspreken, namelijk het aantal lijnen dat men zal gebruiken en de modulatie. Bij de pagina over de televisienormen hebben we het ook over de restzijband en de Nyquistflank.

Ieder land gebruikte eigen normen, om zich als land te laten gelden, om inmenging uit het buitenland te vermijden, maar ook uit economisch protectionisme. Tegenwoordig zijn het de grote internationale bedrijven die de normen opleggen: een smartphone van merk X werk enkel met een eigen protocol, zodat men oortjes van merk X moet kopen, een toetsenbord van merk X, een extra batterijlader van merk X, als men online wilt gaan moet men noodgedwongen een abonnement nemen bij provider X, enz.

De teledistributie
Als men het over "de distributie" had in de jaren 1980, dan wist iedereen dat men het had over de televisie distributie. Het verdelen van de televisieprogramma's via de kabel was even gewoon als de waterverdeling of de electriciteitsverdeling.

Afstandsbediening
De geschiedenis van de afstandbsbediening, van een zaklamp en fotocellen, over een bakje met stemvorken tot het systeem dat we nu kennen.

Twee amerikaanse zwart-wit televisies
Engelse televisie volgens CCIR-A norm
Principeschakelingen europese televisies en buizen en transistoren zwart-wit televisies van Philips
Japanse zwart-wit televisie
Teleavia P111, een opmerkelijke franse televisie,
Pathé Marconi T254 en een
Alledaagse franse televisie
Er worden enkele zwart-wit televisies besproken. We stappen over van de buizen naar de transistors, van de eenvoudige niet-gescheiden netvoedingen naar de geschakelde voedingen.

De grote merken zoals Philips werken met chassistypes die in een hele reeks toestellen gebruikt worden. Met dit chassis wordt er een meer luxueus of een goedkoper toestel gemaakt, maar de basis blijft dezelfde. Het is dus mogelijk relatief goedkoop te produceren, en toch een groot assortiment te hebben. Chassis van Philips kan men in verschillende belgische toestellen terugvinden: ACEC, Novak,...

Hier merkt men ook dat de europese merken niet meer kunnen concurreren tegen goedkope produkten uit het verre Oosten. Zelfs de eigen normen kunnen de trend niet tegenhouden: als een IC duizenden transistoren kan bevatten, dan is het gemakkelijk om een paar van die transistoren te gebruiken om een extra norm te decoderen.

De twee franse toestellen worden opgenomen om de franse normen uit te leggen. De franse toestellen zijn complexer dan de toestellen die de europese normen gebruiken omdat de franse norm minder goed is en extra schakelingen nodig heeft. Ook bestaan er twee franse normen, de 625 lijnen en de 819 lijnen.

FM geluid en AM geluid
Bij de europese televisienorm hoort FM geluid en Philips heeft een speciale buis ontwikkeld om het geluid te demoduleren (EQ40 en EQ80). Het principe van de interdraaggolf wordt hier volop toegepast, en dit heeft twee voordelen: de video middenfrekwenttrappen worden ook voor het geluid gebruikt en het toestel heeft nauwelijks last als de afstemming niet perfect is.

In Frankrijk werd het geluid AM overgedragen. Het middenfrekwent geluid moet vanaf de eerste video MF trap reeds gescheiden worden om storingen van het beeld op het geluid tegen te gaan. De interdraaggolfprincipe kan niet toegepast worden, waardoor de afstemming nauwkeuriger moet gebeuren. Op de UHF is een automatische frekwentieregeling daarom noodzakelijk. Maar dat is nog niet alles: bij AM modulatie worden de storingen niet automatisch onderdrukt en moesten er schakelingen ontworpen worden om de storingen te verminderen. Hoe duurder het toestel, hoe complexer de ruisonderdrukking. Op de goedkope uitvoering werd de ruisonderdrukking door een bruggetje vervangen. Ook Philips gebruikte een ruisonderdrukking, en dat blijkt het meest efficiente systeem. De fransen kunnen zelfs geen degelijke norm voorstellen, maar hun toestellen zijn ook in veel opzichten minderwaardig.

Ferroresonante spanningsstabilisator
Deze stabilisator werd vaak bij televisies gebruikt als de netspanning niet stabiel genoeg was. De Precisia Color 400 is ook geschikt voor kleurentelevisies (die toen een verbruik van 400W hadden). Bij de aankoop van een televisie kon je toen kiezen uit een meubel of een spanningsstabilisator aan halve prijs.

Deze oude technologie wordt tegenwoordig nog gebruikt wanwege de zeer hoge betrouwbaarheid van dergelijke spanningsstabilisatoren.

Vidicon
De vidicon was de meest gebruikte opnamebuis vanwege zijn eenvoud, eerst gebruikt voor consumertoepassingen (de beeldkwaliteit was niet optimaal), later ook voor ENG ofte Electronic News Gathering. Gaandeweg werd de vidicon verbeterd zodat het geproduceerd beeld ook broadcastkwaliteit bereikte. Op deze pagina bespreken we de vidicon voor zwart-wit opname.

Kleurtelevisie
De verschillende normen, de eerste ontwerpen die het niet gehaald hebben en dan de NTSC, PAL en SECAM norm. Hier ziet men hoe vernuftig de mens wel kan zijn (als die niet even bezig is rollen toiletpapier en deegwaren te hamsteren). We bespreken hier ook verschillende toestellen en geven aan hoe kleur opgenomen wordt met een videorecorder. Bij camcorders is het de bedoeling dat het beeld opgenomen zou kunnen worden met één enkele opnamebuis.

De monoscope en de electronische testbeeldgenerator
De monoscope is een opnamebuis met een vast beeld, de buis levert dus altijd hetzelfde beeld. De flying spot scanner tast een afbeelding door middel van een lichtstraal gegenereerd door een klein televisietoestel (het voornaamste onderdeel van deze testbeeldgenerator is eigenlijk een tv monitor). Later werden de beelden volledig electronisch gegenereerd. Dit was nodig om de kleurentelevisies af te regelen.

Kit van MBLE om het audiosignaal van de televisie af te tappen
MBLE was een electronikabedrijf die verschillende kits op de markt bracht. Met deze kit was het mogelijk het audiosignaal van een televisie naar een cassetterecorder te sturen.

Uit het schema zou men denken dat MBLE een prutsfirma was die enkel goed was om eenvoudige kits on de markt te brengen. Niets is minder waar: MBLE leverde apparatuur voor de eerste belgische kerncentrales en was aktief in verschillende domeinen.

Publicités - Reklame

-