Historisch
Schemas van enkele zwart-wit televisies
Televisie

Geschiedenis van de televisie

De eerste pagina over enkele zwart wit televisies van Philips staat hier (televisies met lampen).
-

-


Philips 19TX430
Philips 19TX430

De eerste Philips televisie die (bijna) volledig getransistoriseerd is (behalve de hoogspanningsdiode en de beeldbuis).

Dit toestel moest aantonen dat Philips mee was met de transistor-revolutie en ook volledig getransistoriseerde toestellen kon maken. Toen (1965) had Sony reeds transistortelevisies en Philips moest noodgedwongen ook een transistor televisie bouwen. Het was echter geen succès, het toestel werd gebouwd met samenraapsels links en rechts en gebruikte transistoren die toen al obsolete waren (de OC-reeks). Deze oude transistoren waren voorzien voor een werkspanning van maximaal 15V en een stroom van 10mA (deze transistoren werden gebruikt in de eerste transistorradios van de vorige generatie). Een aantal trappen heeft meerdere transistoren nodig om aan de vereiste versterking te komen.

Het lijkt wel alsof Philips verschillende ontwerpen gecombineerd heeft tot een Frankenstein monster. De deelontwerpen werden niet gemoderniseerd noch aangepast aan de rest van het toestel. Dit is goed te merken aan de drievoudige detectie, terwijl één enkele detectie voldoende had geweest.

Het toestel is draagbaar en werkt op netspanning en 12V.

Er is een aparte UHF en VHF tuner en 4 MF transistoren met AF121. We hebben ook 4 transistoren in het video gedeelte (terwijl een toestel met buizen hier slechts één beam terode nodig heeft). Voor de video eindtrap gebruikt Philips twee AF116 in serie, maar deze transistoren hebben een te lage werkspanning om de beeldbuis volledig uit te sturen (tijdens de productie zal Philips noodgedwongen moeten overschakelen op andere transistoren).

Het middenfrekwent audio gedeelte wordt voor de video detectie afgetapt en loopt door een extra filter. Het toestel gebruikt het principe van de intercarrier met een frekwentie van 5.5MHz. Met de intercarrier heeft men geluid, zelfs al is de afstemming niet perfect. Dij de interdraaggolfprincipe ontstaan er mengproducten tussen de beeldfrekwentie en de audiofrekwentie als het signaal door een niet lineair component gaat (een diode). Eén van de mengproducten is de frekwentie van 5.5MHz (verschil in frekwentie tussen de beeld- en audio draaggolf). Het toestel heeft 3 MF audio trappen.

De audio trap gebruikt ook drie transistoren, de AD140 werkt in classe A en stuurt de luidspreker zonder omweg via een transfo (de luidspreker heeft een impedantie van 50Ω).

Er is ook een aparte detectie van de synchronisatiepulsen vanaf het middenfrekwent signaal, terwijl dat eigenlijk niet nodig is. Het is in dit deel van de televisie dat we de meeste obsolete transistoren zal aantreffen: OC45, OC44, OC141 tussen de AC127 en AC128 die toen 'state of the art' waren. En tussendoor een vreemde BCZ13 (die geen betere eigenschappen heeft dan germaniumtransistoren en hier eigenlijk niet nodig is).

De afbuiging is het meest complexe deel van de televisie. De lijneindtrap gebruikt twee AU101 in serieschakeling om tot aan het gewenst vermogen te geraken. Voor het raster gebruikt men een AD140.

Er is een vacuumdiode voor de hoogspanning (DY87), er bestonden toen blijkbaar nog geen geschikte halfgeleider hoogspanningsdiodes. De voedingsspanning wordt gestabiliseerd op 11V door een lineaire regelaar.


Chassis A13
Chassis A13 Philips
Dit chassis zal door verschillende merken gebruikt worden; SBR, ACEC,... en zal zelfs in Frankrijk verkocht worden (onder een franse naam), waar het toestel meer succesvol was dan de franse toestellen die enkel de franse zenders konden ontvangen.

Het concept van een standaard chassis zal verder gebruikt worden (denk maar aan de zeer bekende kleurchassis K9 en K11). De eigen merken konden een ander type kast gebruiken, draaiknoppen of schuivers gebruiken, een ander aantal preselecties, enz, maar de basis bleef hetzelfde, wat ook de service vergemakkelijkte.

Dit toestel gebruikt een schakelende voeding, maar heeft nog altijd geen scheiding van het net. De 110V mogelijkheid werd volledig afgevoerd, het was ook niet mogelijk een extra module in te bouwen.

Eindelijk een toestel dat volledig met transistoren uitgerust is: zie, het is dan toch gelukt... Er worden verschillende modules gebruikt die uitgerust zijn met IC's.

De audioversterker is niet het sterkste punt van dit toestel in vergelijking met de "Bi-amp" uit de lampen-reeks. De versterker werkte in klasse AB met een sterke vervorming bij zwakke passages. Ik heb snel een gescheiden uitgang gemaakt en die naar een externe versterker gestuurd. De rastereindtrap daartegenover heeft een klasse AB instelling en gebruikt stroomtegenkoppeling (aangezien de afbuiging wordt veroorzaakt door een stroom en niet door een spanning).

De regelaars werken met een gelijkspanning (geen gekraak als men de potentiometers verdraait). Let op de terugregeling van het contrast als de straalstroom te hoog oploopt. Omdat de regeling met gelijkspanning werkt, heb ik snel een fotocel geïnstallerd om het contrast te laten meegaan met het omgevingslicht.

Publicités - Reklame

-