Historisch
Afstandsbediening
Televisie

Servers » TechTalk » Historisch perspectief » Beeld » Televisie » Afstandsbediening
De geschiedenis van de afstandsbediening
-

-

De eerste televisies na de tweede wereldoorlog hadden geen afstandsbediening, men was zo verwonderd dat beelden overgebracht konden worden, dat men niet verder dacht dat een afstandsbediening wel interessant zou kunnen zijn. De televisies hadden een beldbuis met ronde voorkant, soms boven en onder afgedekt. In Europa kon men in de beste gevallen één zender ontvangen (staatsomroep). In de Verenigde Staten hadden ze al commerciële televisie, veel zenders en enorm veel reklame, om de 20 minuten een onderbreking om reklame te tonen, vaak op veel te hoog volume. Er was daar een groeiende vraag naar afstandsbedieningen.

In Europa met zijn staatsmonopolie werden er televisies zonder afstandsbediening verkocht tot in de jaren 1980. Het eerst wat ik gedaan heb toen mijn ouders een nieuwe televisie gekocht hadden was het toestel open doen om een bedieningskabel te laten lopen tot aan mijn zetel, daarmee kon ik het geluid en het beeld regelen. Televisies werden toen allemaal verkocht met een schema. Voor de zenders hadden we toen het bekend bakje van de distributie. De antennekabel liep langs mijn zetel, waar de convertor geplaatst was.

Een bekende amerikaanse firma uit die tijd was Zenith. Ze produceerden hoogwaardige toestellen tot in de jaren 1980, totdat Amerika overspoeld werd door toestellen uit Japan. De amerikaanse klanten vroeger in die tijd televisietoestellen met een afstandsbediening. Dat werd de prioriteit van de ingenieurs bij Zenith in de jaren 1950.

Het eerste systeem heette "Lazy Bones" en gebruikte een kabel voor de bediening. Het was een hele vooruitgang, maar het systeem had beter een andere naam gekregen, namelijk "trip wire". Iedereen wist dat dit maar een noodoplossing was.

Er werd aan een een radiosysteen gedacht, maar de zenders waren toen veel te lomp (we zaten nog aan de tijd van de radiobuizen) en te complex. De ontvangers waren weinig selectief en het radiosignaal gaat door de muren heen, wat ook niet ideaal was. Het systeem was in die tijd niet praktisch te realiseren, maar Bose gebruikt tegenwoordig nog een afstandsbediening met radiogolven, iedere zender wordt ingesteld op één specifieke kode en de ontvangers reageren enkel op die kode.

Dan is er het "flashmatic" systeen op de markt gekomen, gerealiseerd met de beperkte middelen van toen. De televisie had 4 lichtgevoelige cellen op de vier uithoeken van de televisie. Door een lichtbundel naar één van de hoeken te richten kon men een van de vier funkties activeren: volgende of vorige zender, geluid aan/uit, televisie aan/uit. Als de fotocel door het licht geraakt werd, werd zijn weerstand lager, waardoor er een thyratron ontstoken werd. De thyratron stuurde dan een relais om één van de functies te activeren. Voor de mensen uit die tijd was het een wonder.

Maar het systeem was duur en de meeste mensen konden geen televisie kopen met ontvanger. De televisie reageerde ook op plotse helderheidsvariaties in de ruimte. Tussen de theorie en de praktijk was er een gapende kloof. Het was nog niet goed genoeg. Het moest beter!

Men heeft dan een opmerkelijk systeem gevonden, waarbij zelfs geen batterijen nodig waren. Als de gebruiker op een knop drukte, dan sloeg een hamertje tegen een aluminium stemvork. Men hoorde wel het geluid van de hamer tegen de stemvork, maar de kode werd ultrasoom uitgestuurd. De televisie had een ultrasoon ontvanger. Het signaal werd versterkt en naar afgestemde kringen gestuurd. Als er een match was, dan werd de betreffende funktie geactiveerd. Hier ook waren er 4 funkties voorzien, plus een extra funktie die achteraf bijgeplaatst werd. Als men het geluid op mute zette, dan werkten de knoppen voor de zenderkeuze als tintregeling (hue). Het signaal werd naar een motor gestuurd die de potmeter voor de kleurregeling bediende. Het NTSC systeem had geen voorziening om de kleuren correct te houden.

Het was niet mogelijk een continu signaal uit te sturen (bijvoorbeeld om het geluid te verhogen of te verlagen), alles moest in stapjes gebeuren. Later zijn er ultrasone systemen op de markt gekomen met een ultrasoonzender op batterij, zodat er een signaal uitgezonden werd zolang de knop ingedrukt bleef.

Het systeem was een hele verbetering, maar was ook gevoelig voor bepaalde geluiden. Een bos sleutels die geroerd werd was voldoende om de ontvanger in de war te sturen.

En veel later hebben we de klassieke afstandsbedienig gehad met infra rode straling. De infra rode led stuurt kodes uit die door de ontvanger gedecodeerd worden.

Publicités - Reklame

-