Buizenversterkers
hoogspanning en spanningsverdubbelaars
Voeding

Het is mogelijk hoogspanning te bekomenuit een transfo uit een oude hifi keten (versterker of midi rack). En de spanning is zelfs meer stabiel dan met een aangepaste hoogspanningstransfo.
-

-

Hoogspanningsvoeding 190V g2 en 280V anode
Omdat de transfo een secundair heeft van 70 en 100V
werden er twee spanningsverdubbelaars gebruikt.


Met de voedingstransfo uit een oude hifi versterker (JVC UX-P5R) kan je ook hoogspanning maken.
De spanningen zijn ideaal voor een push pull versterker met EL508/PL508 (20W per kanaal).


Lagere schermroosterspanning voor EL504/PL504,
goed voor tweemaal 25W per kanaal

De diode is slechts 10% van de tijd in geleiding
bij een enkelzijdige gelijkrichting

Door de stroompiek zakt de transfospanning (cyan)
want de secundaire wikkeling heeft een weerstand van 100Ω

Hoogspanning met een midirack transfo

Heb je geen geschikte hoogspanningstransfo, dan kan je ook een transformator uit een minirack of uit de versterker van een hifi keten gebruiken. Deze transformatoren leveren verschillende spanningen, die je bijvoorbeeld voor de negatieve roosterspanning kan gebruiken, enz.

De transfo in ons voorbeeld levert tweemaal 36V 1.5A (spanning voor de eindtrappen). Met de schakeling rechts worden alle noodzakelijke hoogspanningen opgewekt. De spanning van 72V geeft ons 100V gelijkgericht en gebruiken we een spanningsverdubbelaar dan hebben we 200V.

De manier van aansluiten zorgt ervoor dat we alle nodige spanningen hebben. We zetten het meest negatieve punt van de spanningsverdubbelaar aan massa. We hebben dus een spanning van 200V aan de andere kant van de spanningsverdubbelaar (dit is eigenlijk de massa van de transfo). De 200V gebruiken we voor de schermroosters. Met de normaal gelijkgerichte spanning hebben we 100V erbij, dus 300V voor de anodes van de eindtrappen.

Een transformator van 75VA zoals gebruikt in een kleine hifi keten geeft een voldoende vermogen voor een versterker van tweemaal 20W (push pull in classe AB). De waarde van de elko's is berekend voor een stereo push pull versterker, maar je kan natuurlijk hogere condensatorwaarden gebruiken.

De eerste schakeling is getekend voor een versterker met PL508, de tweede schakeling voor een versterker met PL504 die beter werkt met een lagere schermroosterspanning.

Men denkt vaak dat een spanningsverdubbelaar nauwelijks stroom kan leveren, maar dit is niet waar. Een elko van 330µF heeft bijvoorbeeld een impedantie van 10Ω bij 50Hz, dat is veel minder dan de weerstand van de hoogspanningswikkeling van een normale transfo voor buizenversterkers. Men moet er enkel rekening houden met het feit dat de stroom door de condensator het dubbele is dan de stroom door de buizen. Dit vormt geen probleem als men kwaliteitselko's gebruikt.

Bij één van mijn laatste versterkers voor een vermogen van tweemaal 20W (4 EL508) gebruik ik een scheidingstransfo van 230V - 230V 60VA. Op vol vermogen zakte de spanning van 330V naar 280V, waardoor ik verplicht was een corrigerende voeding voor de schermroosters te gebruiken (dit is nu de versterker die de beste geluidskwaliteit levert). Bij een andere versterker met hetzelfde vermogen maar een midirack transfo QQT-0323-002 en spanningsverdubbelaars zakte de spanning van 305V naar 295V (onbelast naar vol vermogen).

Een andere stereo versterker voor 2 X 18W met een 65VA transformator (enkel gebruikt voor de hoogspanning) had zijn anodespanning die van 318V (in rust) naar 262V zakte op vol vermogen (schermroosterspanning van 159 naar 130V). Dit is duidelijk teveel. Als de versterker gevoed werd met een transfo uit een afgedankte hifi versterker zakte de spanning van 291 naar 282V, wat een heel goede waarde is.

De weerstand van de secundaire wikkeling voor hoogspanning bedraagt ongeveer 100Ω (wikkeling voor 30VA). Bij een totale anodestroom van 100mA (audiovermogen ongeveer 10W) hebben we een theoretische spanningsval van 10V, een aanvaardbare waarde. Maar door de werking van de diode en de filterelko is de diode slechts 20% van de totale tijd in geleiding, de stroom bedraagt dan 500mA, met een spanningsval van 50V, en dat is wel een te hoge waarde. De weerstand van een transfo voor midirack bedraagt ongeveer 5Ω. Zelfs als we een hogere stroom voorzien van 400mA (dubbele spanningsvermenigvuldiger) zitten we aan een spanningsval van 2V. Maal 4 en we zitten nog niet aan 10V.

Een transformator van een bepaald vermogen (bijvoorbeeld 100VA) met een uitgang van tweemaal 40V en spanningsverdubbelaars geeft een spanning die meer stabiel is dan een transformator die de juiste spanning geeft aan een bruggelijkrichter. Ik heb testen uitgevoerd met verschillende transfo's

Een constante hoogspanning is belangrijk om een hoog vermogen te halen zonder verplaatsing van het werkpunt. Met een pentode (die zich gedraagt als een stroombron) hebben we bij een daling van de voedingsspanning van 10% een vermindering van het vermogen van 10%. Maar een ebam tetrode (EL504, EL508, EL509, KT77,...) wordt ook gestuurd door de schermroosterspanning. Een daling van de g2-spanning met 10% veroorzaakt een vermindering van het vermogen van 25%, vooral door de veranderde instelling.

Indien de hoogspanning onvoldoende stabiel is (en dit geldt zowel voor de voedingen met normale hoogspanningstransfo's als de voedingen met spanningsverdubbelaars) kan men een kleine schakeling bijplaatsen die de spanning van de stuurroosters aanpast naargelang de hoogspanning, om zo een stabiele werking te bekomen, zelfs met veranderlijke voedingspanning. De schakeling is bijzonder eenvoudig.

Rechts een klad van een voeding met spanningsverdubbelaars. Het lijkt ingewikkeld maar is dat niet. De schakeling levert alle nodige spanningen.

Publicités - Reklame

-