Er werden laagvermogen versterkers gebouwd met standaard triodes. Het vermogen was voldoende voor een radio en tegenwoordig kan men zo'n schakeling gebruiken om computerspeakers te voeden.
Afbeelding links: er werden eindversterkers gebouwd met een dubbele triode als eindtrap (hier een ECC40). Met een dergelijke buis is een vermogen mogelijk van 500mW bij 1% vervorming.
Deze schakeling kan nog steeds gebruikt worden om een koptelefoon aan te sturen, bijvoorbeeld met een ECC81 of ECC82 (je hebt twee buizen nodig bij een stereo koptelefoon).
Ook boekenplankluidsprekers kunnen aangestuurd worden met een dergelijke schakeling. De modale versterker voor computerspeakers levert ook niet meer dan 500mW...
Omdat de anodestroom beperkt is tot 5mA Ã 10mA per triode (ruststroom) moet de transformator ook een hogere impedantie hebben (30kΩ tussen de anodes). Een aangepaste impedantie zorgt ervoor dat het vermogen zo goed mogelijk overgedragen wordt naar de belasting.
De ECC40 is een historische buis met rimlockaansluiting en wordt niet meer gemaakt. Men kan echter de buis vervangen door een ECC81 of ECC82 of andere types (zie lager).
Er is ook een ECC83 nodig voor de voorversterker: de eerste triode wordt als voorversterker gebruikt, de tweede triode als cathodyne. Een tegenkoppeling is nodig omdat de versterking van de schakeling te hoog is voor het vermogen dat geleverd kan worden.
De ECC99 is een normale novalbuis. het is een dubbele triode die pencompatibel is met de ECC-reeks. het is echter een dubbele vermogenstriode zoals er vroeger veel meer types bestonden zoals de 12BH7.
Werkingsparameters: (de parameters kunnen wat aangepast worden zolang de maximale anodedissipatie niet overschreden wordt)
| ECC40 | ECC81 | ECC82 | ECC99 | 12BH7 | ECC32
|
---|
Voedingsspanning | 250V | 200V | 250V | 180V | 150V | 250V
| Ruststroom | 6mA | 10mA | 8mA | 18mA | 18mA | 18mA |
| Gemeenschappelijke cathodeweerstand | 510Ω | 75Ω | 680Ω | 120Ω | 56Ω | 270Ω
| Ideale anode-anode impedantie | 30kΩ | 25kΩ | 30kΩ | 20kΩ | 15kΩ | 20kΩ
| Beschikbaar vermogen (d = 1%) | 500mW | 650mW | 675mW | 1.100mW | 900mW | 1.200mW
| Maximale stroom | 10mA | 15mA | 20mA | 60mA | 20mA | 50mA
| Maximale anodedissipatie per triode | 1.5W | 2.5W | 2.75W | 3.5W | 3.5W | 5W
|
Voor de levensduur van de buizen is het aangewezen de anodedissipatie 30% onder de limietwaarden te houden.
De ECC32 zal je gemakkelijker vinden onder de referentie 6SN7(GT). Andere buizen met octalvoet zijn de ECC31 (vergelijkbare eigenschappen), de ECC33 (werd gebruikt in computers en heeft een wat lagere maximale dissipatie) en de ECC34 (lagere versterking en lagere dissipatie).
Een complete versterker met ECC83 en ECC82
De versterker kan tegenwoordig nog altijd gebruikt worden als kleine koptelefoonversterker. Voor stereo moet de versterker in het dubbel uitgevoerd worden.
De versterker is voorzien als kleine platenspeler versterker, dit is te zien aan de ingangstrap. Het filternetwerk kan verwijderd worden (weerstand van 220kΩ en condensator).
De polarisatie gebeurt door middel van twee batterijen (zoals voor de oorlog). In de tijd werden de polarisatiebatterijen "C" batterijen genoemd ("A" was de gloeispanningsbatterij en "B" de hoogspanningsbatterij). De batterijen moeten geen stroom leveren en gaan lang mee.
Men kan de eerste batterij vervangen door een cathodeweerstand van 2.7kΩ overbrugd door een elko van 22µF. De tweede batterij kan vervangen worden door een negatieve voeding, te bekomen vanaf de 6.3V gloeispanning (gelijkgericht heeft men ongeveer 8.5V). Een enkelvoudige gelijkrichting en een elko van 470µF of meer is voldoende.
Misschien een betere oplossing is te werken met een cathodeweerstand, waardoor het werkpunt automatisch gestabiliseerd wordt.
De versterker is zo goedkoop mogelijk gemaakt, met een enkelvoudige gelijkrichting van de hoogspanning (men kan daarvoor een diodebrug gebruiken in de plaats). De smoorspoel is tegenwooredig moeilijk te vinden, maar kan vervangen worden door een weerstand van een tiental ohms, en de elko's worden verhoogd tot tweemaal 100µF. De symmetrische balanseindtrap onderdrukt grotendeels de netspanningsrimpel.
Voor een wat hoger vermogen kan men als eindtrap een 12BH7 of een ECC99 gebruiken, maar eigenlijk kan men nog meer vermogen halen met een single ended versterker met ECL86 (complete versterker met één enkele buis met triode en eindpentode). Men heeft dan slechts één enkele buis nodig per kanaal. Deze buis werd traditioneel gebruikt in de audio versterker van televisies (als PCL86 versie). Deze versterker is dan ideaal voor computerspeakers.
|