Buizenversterkers
Eindtrappen met buizen voor lijnafbuiging
Lijnbuizen

Men kan een hifi versterker bouwen met buizen die oorspronkelijk bedoelt waren voor andere toepassingen, zoals buizen die gemaakt werden voor lijneindtrappen. Deze buizen hebben talrijke voordelen.
-

-

KT66 — KT88

De KT66 en KT88 zijn ook beam tetrodes ("Kinkless Tetrodes"), maar ze worden niet gebruikt als lijneindtrappen. Deze buiozen werden specifiek ontworpen voor audiotoepassingen, in tegenstelling met bijvoorbeeld de 6L6/807 die als algemene beam tetrode ontworpen werd.

Deze buizen hebben een redelijke hoge werkspanning nodig (in vergelijking met de buizen voor lijnafbuiging die reeds een relatief hoog vermogen halen met een spanning van 250V).

Door de specifieke constructie kan men deze amerikaanse buizen niet gebruiken voor RF toepassingen, terwijl de europese lijneindtrappen tot 30MHz gaan.


De reeks eindtrappen met magnoval buisvoet (EL5xx) rechts.

We hebben de EL500, de eerste buis uit de reeks, die specifiek ontwikkeld werd voor de lijneindtrap van de zwart-wit televisies.

De EL503 is een buis voor audiotoepassingen met een zeer hoge versterking (steilheid) dankzij het gebruik van een spanrooster.

De EL504, de meest voorkomende buis zit niet in de lijst, deze buis is de vervanger van de EL500 en werd in nagenoeg alle televisies gebruikt onder de vorm van de PL504.

De EL505 is een zwaardere uitvoeding van de EL504 en werd in enkele kleurentelevisies gebruikt.

De EL508 is een buis voor de rastereindtrap van kleurentelevisies. Een buis die zeer goede audio eigenschappen heeft, voor een vermogen tot 20W.

De EL509 is de standaard-buis voor de lijneindtrap van kleurentelevisies, op het laaste nog vervangen door de EL519 (PL519) die een hogere dissipatie had en minder last had van interne doorslagen ten gevolge van de zeer hoge spanning.


Eerst een algemene inleiding over lijneindtrappen. Deze buizen hebben interessante kenmerken als men ze als audioversterkers gebruikt. Lijneindtrappen zijn beam tetrodes (straalbundel tetrodes), buizen met een speciale constructie. Maar niet alle straalbundel tetrodes kunnen als lijneindtrap gebruikt worden. Een lijneindtrap is eigenlijk een overtreffende trap van de beam tetrode. Lijneindtrappen zijn meestal uitgerust met een cavitrap.

De lijneindtrappen (en de rastereindtrappen zoals de EL508 / PL508) zijn een goed alternatief op de veel duurdere "audio" buizen. Je kan een paar PL504 vinden voor 60€, terwijl je gemakkelijk 500€ betaalt voor een paar KT77 of 6L6 (en deze laatste buis is zelfs niet speciaal gemaakt voor audiotoepassingen). Dit heeft veel meer te maken met het "esoterisch/high end" karakter van die buizen.

De PL81 is lijneindtrap buis die in de eerste televisies van na de oorlog gebruikt werd. De buis werd ook gebruikt in balans audioversterkers als push pull versterker omdat de buis die toen beschikbaar was voor audiotoepassingen (EL41) niet goed werkte in een push pull schakeling.

De PL36 (6CM5) (indexpagina) is de voorloper van de meer bekende PL500/PL504. De beam tetrode werd niet vaak in audio versterkers gebruikt vanwege zijn minder goede eigenschappen.

De PL504 is de meest voorkomende lijneindtrap buis. Deze buis kan gemakkelijk gebruikt worden in een versterker van 10 à 20W per kanaal (met minder dan 0.1% vervorming).

De EL300 is de voorloper van de EL500/PL500. De buis is een goede kandidaat als je een versterker met lijneindtrappen wilt bouwen maar je chassis heeft octal buisvoeten. Deze buis heeft echt goede audio eigenschappen!

De EL509 is een beam tetrode die de goede eigenschappen van de lijneindtrap buizen heeft, gecombineerd met een normale gloeispanning van 6.3V. De buis bestaat in originele uitvoering met magnovalvoet, maar er is ook een fabrikant die de buis levert met een octalvoet. Let dus goed op dat u de juiste buizen bestelt!

Beam tetrodes hebben een schermrooster waarvan de wikkelingen in het verlengde van die van het stuurrooster liggen. Dit heeft gevolgen voor de werking van de buis.

RF boosters voor zendamateurs gebruikten vroeger vaak lijneindtrappen (tot ver in de jaren 1980) omdat ze betrouwbaarder werkten en goedkoper waren dan de toen beschikbare transistoren.

Lijneindtrappen gebruiken doorgaans een magnovalvoet die betere electrische en mechanische eigenschappen heeft dan de tot nu toe gebruikte octalvoet.

De lijneindtrappen werken het best met een relatief lage schermroosterspanning van 150V, terwijl de anodespanning gerust meer dan 350V kan bedragen. Omdat de stabiliteit van de versterker grotendeels afhangt van een stabiele g2-spanning heb ik hier enkele voorbeelden van schermroostervoeding.

Skoopbeeld:

  • Geel: ingangssignaal van de versterker: 1Vrms, 100Hz; maximum signaal voor begrenzing
  • Cyan: uitgangssignaal van de versterker op een belasting van 7.5Ω: 10Vrms
  • Magenta: meting over een cathodeweerstand van 1Ω, de maximale stroom bedraagt 62mA.
De classe AB-werking is hier goed te zien met de buis die enkel in geleiding is tijdens de helft van de periode. De ruststroom (zonder signaal) wordt ingesteld op 6mA per buis, anodespanning ongeveer 280V.

Het beeld komt van de laatst besproken versterker (hybride schakeling met transistoren en tetrodes). De versterker kan een continu vermogen leveren van 13.5W RMS.

Foto rechts:
De bekende PL519 buizen... Doet mij denken aan mijn eerste kleurentelevisie... Het toestel verbruikte zoveel stroom dat ik 30 minuten naar de kleurentelevisie mocht kijken van mijn ouders, en dan verder kijken op mijn zwart wit toestel.

Enkele schemas:

Versterker uit 1961
Deze Meloman 25 versterker uit 1961 heeft alles wat een moderne hifi versterker moet hebben. De verschillende trappen worden besproken, dit is dus ook een herhaling op de materie die we tot nu toe geleerd hebben.

Originele circlotronschakelingen,
circlotronversterkers van Electro Voice,
moderne(re) circlotronschakelingen en een
eigen ontwerp van een circlotronversterker
Circlotronversterkers werden vaak met lijneindtrappen uitgerust omdat de versterkers met een lagere spanning werken. Lijneindtrappen hebben ook een relatief lage uitgangsimpedantie, wat nuttig is in dergelijke versterkers.

Deze pagina's bevatten verschillende circlotron versterkers, onder ander een versterker voor een 100V-distributielijn uitgerust met een dynamische instelling van de roostervoorspanning en een versterker zonder uitgangstransformator. Eind jaren 1990 heb geholpen k een circlotron versterker met PL36 op punt te stellen.

Historische schakelingen met EL500/PL500...,
een hoogwaardige studio versterker met EL5000 en
enkele moderne schakelingen
Verschillende schakelingen die op het internet circuleren. Door de besprekingen te lezen en de schakelingen te analyseren kom je te weten op wat je moet letten. De lijneindtrappen werden vooral in public address versterkers gebruikt (één van de schakelingen heeft zelfs een audiocompressor), maar je kan ook een studio monitor bouwen met dergelijke buizen.

SE schakeling met EL504
Een single ended versterker met EL504/PL504. De maximale dissipatie van 16W beperkt het audio vermogen tot 5W. Hoogspanning: 350V, schermroosterspanning: 85V.

Symmetrische schakeling met PL519
Een schakeling die ik heb helpen op punt stellen. De eindbuizen zijn echte PL519. Deze buizen klinken echt wel anders dan de meer "gezapige" PL504.

Eerste schakeling en uitvoering voor een lagere spanning
Straalbundel tetrodes PL504 PL509 PL519 voor een hifiversterker:
Complete schakeling in ultralineair configuratie en gewone configuratie, eenvoudige voeding met scheidingstransfo (geen voeding met speciale transfo) en aanpassingen voor gebruik met een lagere voedingsspanning. Het maximaal vermogen kan niet gehaald worden, maar lijneindtrapbuizen kunnen 10W leveren per kanaal bij een voedingsspanning van ongeveer 125V.

Hybride schakeling transistoren + lijneindtrappen
Eigen ontwerp van een schakeling met transistoren en tetrodes (PL504) voor een vermogen van 10W per kanaal. De schakeling heeft de voordelen van een transistorversterker (mooi gedefinieerde klankbeeld) en van een buizenversterker (vermogensreserve).

Dit is de uiteindelijke schakeling geworden, met kleine aanpassingen en inbouw in een electriciteitskast.

Foto rechts: EL509S
Om het vermogen van 40W te kunnen dissiperen heeft de anode een soort koelvin in het midden van de anodeplaat.

De rastereindtrappen (verticale afbuiging) worden hier besproken.

Publicités - Reklame

-