De ontleding van een PFL200, een buis die gebruikt werd als video versterker in zwart-wit televisies. |
-
De PFL200 werd uitsluitend gebruikt als video versterker in zwart-wit televisies. Deze buis verving alle buizen die tot nu toe gebruikt werden: EF80, ECL80, PL83 en PCL84.
Het is een rare combinatie: een pentode voor de voorversterker en een beam tetrode voor de eindversterker (sturing van de cathodestraalbuis op de cathode). Op het eerste beeld ziet men al goed dat we te maken hebben met een standaard pentode: er zijn 3 roosters met de bijhorende bevestigingstaven. De roosters staan zeer dicht bij elkaar, daarom dat de maximale voedingsspanning van de buis beperkt is tot 250V. De gebogen vorm van de anode is typisch voor een pentode.
De cathode van de tetrode is verbonden met het raam (keerrooster). De cathode van de pentode is eveneens verbonden met het keerrooster, maar dit is niet zichtbaar hier. Zoals bij vele combi-buizen is de afscherming tussen de beide systemen verbonden met de cathode van de tetrode.
De spoed van de roosters is beter te zijn op een foto waarbij de verschillende roosters uit elkar zijn gehaald. We hebben achtereenvolgens de cathode, het stuurrooster, het schermrooster, het keerrooster en een deel van de anode. De spoed van het keerrooster is dichter aan de uiteinden van het rooster, dit gebeurt vaker bij pentodes. Ik heb het gemerkt bij andere autopsies.
De steilheid van de pentode bedraagt 8mA/V, wat een zeer hoge waarde is. Voor iedere volt spanningsverandering op het rooster hebben we een verandering van de anodestroom van 8.5mA. De steilheid van de straalbundel tetrode bedraagt 21mA/V, dit is een enorme waarde die enkel bereikt kan worden met een spanrooster. De schermroosters zijn normaal, maar hebben ook een relatief strakke spoed. De roosters vangen veel electronen op omdat de spoed van het schermrooster niet overeenkomt met die van het schermrooster. De buis heeft een slecht rendement, met ongeveer 25% van de electronen die opgenomen worden door het schermrooster in plaats van door de anode.
Het is bizaar dat men speciaal een nieuwe buis ontworpen heeft (met een eigen buisvoet) om die maar half te gebruiken in de televisies. Dat de tetrode een spanrooster heeft kan ik begrijpen: om een goed gedetailleerd beeld te hebben moet de uitgangskring een lage impedantie hebben om de invloed van storende capaciteiten te verminderen. Maar in een lage impedantie kring versterkt de tetrode niet veel: als de anodestroom met 1mA verandert, hebben we maar een spanningsverandering van 2.7V (als voorbeeld), wat te weinig is. De buis die in de video eindtrap gebruikt wordt moet een zeer hoge steilheid hebben zodat een kleine spanningsverandering op het rooster een hoge stroomverandering veroorzaakt, die dan een hoge spanningsverandering geeft op de uitgang ondanks de lage impedantie. Op de schakeling rechts zien we dat een spanningsverandering van 3V (signaal komende van de detectiediode) een spanningsverandering van 50V geeft aan de beeldbuis.
Dit is zeker geen optimaal systeem want er ontstaat een werkpuntverschuiving in de tetrode, en dus een gemiddelde anodespanning die verandert, wat helderheidsverschillen op het scherm veroorzaakt, behalve als het zwartniveau wordt hersteld. De lineariteit van de tetrode is enkel goed bij een bepaalde schermroosterspanning en als de spanning te hoog of te laag is heeft men een onderdrukking van de nuances in het donker of helder gebied. De PFL200 is een hoogwaardige en complexe buis die heel slecht gebruikt wordt! |
Publicités - Reklame