Buizenversterkers
De eindtrap
PL83

De PL83 werd ontworpen als video eindtrap in de duurdere televisies in de jaren 1950. De buis werd niet lang gebruikt, want die werd snel vervangen door de PCL84 met extra triode voor het herstellen van het zwartniveau en de PFL200 voor gebruik in multinorm televisies (positief en negatief videosignaal).
-

-

De PL83 werd ontvorpen voor het versterken van het videosignaal, van de detectiediode tot de sturing van de cathodestraalbuis. Het videosignaal moet versterkt worden van 3V tot 50V.

De buis is weinig bekend en is nog relatief gemakkelijk te vinden in NOS staat.

De grafieken tonen dat de buis bijzonder lineair met een schermroosterspanning van 170V (stuurroosterspanning van 0 tot -4V) en 200V (stuurroosterspanning van -2 tot -5V). Deze lage spanningen geven aan dat de buis een zeer hoge versterking zal hebben.

De foto's rechts tonen aan dat we te maken hebben met een echte pentode. Men ziet de spoed van het stuurrooster (dicht bij de cathode), het spoed van het schermrooster (in het verlengde van het stuurrooster, maar met een lossere spoed van 1 op 2) en uiteindelijk het spoed van het keerrooster (onscherp in beeld), met een nog lossere spoed van 1 op 4..

Pentodes zijn doorgaans meer lineair dan beam tetrodes, maar de verliezen zijn hoger, wegens het schermrooster dat meer electronen opvangt. Hier valt dit goed mee, want het spoed van de roosters zijn op elkaar afgestemd. We hebben een schermroosterstroom van maximum 10% van de anodestroom. Er zijn zeer weinig pentodes waarvan de wikkelingen in elkaars verlengde liggen.

Vergelijking met EL84

De referentiebuis voor audio is de EL84 die als single ended eindtrap in lampenradio's gebruikt werd en later ook in balansversterkers in guitaarversterkers en hifi versterkers. Maar dit is niet de meest lineaire buis die er bestaat.

Na een paar luisterstests kan ik zeggen dat de buis mooier klinkt dan een versterker met EL84. Het vermogen is wat lager, maar de klank is glashelder. het vermogen dat gehaald wordt in push pull is wat lager dan 10W, zelfs met een aangepaste schakeling. Ik heb mij gebaseerd op de schakeling van Igor Popovich die ik wat aangepast heb.

De gloeispanning van de buis bedraagt 15V, de tranbsfo's voor 15V zijn gemakkelijk te vinden, maar zou je nog een transfo voor 12V hebben, dan kan je de spanning gelijkrichten en filteren. Met een serieweerstand van 6.8Ω per buis wordt dan de spanning teruggebracht naar 15V.

De PL83 heeft een hogere versterking dan de EL84, dit is de reden waarom een UL schakeling interessant kan zijn. De ultra lineair schakeling verlaagt de versterking door de interne tegenkoppeling).

Beschrijving van de schakeling van Popovich

We hebben eerst een versterkertrap met een triode ECC81. Dit is een goede keuze, de buis presteert doorgaans beter dan een ECC83 die vaker gebruikt wordt. Er is een low pass filter (R = 10k, C = 30p) om de ultra sone frekwenties te blokkeren.

De tweede triode is als cathodyne geschakeld, een schakeling die goed geschikt is voor versterkers met een lager vermogen. De koppeling tussen beide trappen is direct, wat de anodeweerstand met een hoge waarde verklaart.

We hebben uiteindelijk de vermogentrap in ultra lineaire schakeling met cathodepolarisatie. Er worden individuele weerstanden gebruikt zodat gepaarde buizen niet nodig zijn. Persoonlijk ben ik geen fan van cathodeweerstanden, maar het is een veilige manier om schakelingen te testen zonder te riskeren de buizen over te belasten omdat de stuurroosterspanning verkeerd was.

Wat mij het meest stoort (en ik heb een luistertest met mijn testversterker gedaan) is dat de schermroosterspanning te hoog is voor deze buis. De PL83 werkt het meest lineair met een schermroosterspanning van 170V en een stuurroosterspanning zwaai -2.0V à -2.5V. Het hoogste vermogen kan men bereiken met een schermroosterspanning van 200V (stuurroosterspanning van -3.5 à -4.0V), maar met deze spanning raken we al tegen de krommere delen van de caracteristiek. Test met een balanstransfo met een impedantie van 4 + 4kΩ. Ik heb geen balanstransfo met UL aansluitingen.

Dit zijn de veranderingen die ik aan de schakeling heb aangbracht, vooral omdat ik geen UL transfo heb. Ik wil er een kopen, maar dan beginnen de meerkeuzevragen: Welke verhouding? 20%, 43%? Welke impedantie. Teveel keuzemogelijkheden voor mij...

De anodestroom werd naar 30mA gebracht om voldoende onder de limiet van de anodedissipatie te blijven, de bescherming van de cathodepolarisatie valt immers weg. De stuurroosterspanning is dan ongeveer -3V. Dan werkt de versterker zeer goed, met een aangenaam, kristalheldere, mooi gedetaillerde klank.

Je kan overgaan naar classe AB met een anodestroom van 10mA zodat de buizen minder thermisch belast worden. De stuurrroosterspanning is dan -6V en de versterking van de eindtrap is minder. Dit is echter geen bezwaar want de versterking van de PL83 blijft hoog.

De schermroosterweerstanden bedragen 1kΩ, 1/2W. De schermroosterspanning zou ideaal gestabiliseerd moeten worden, want deze spanning bepaalt het werkpunt van de buis.



Een andere kleine wijziging is het aarden van het keerrooster. Bij de meeste buizen is het keerrooster verbonden met de cathode, met de PL83 echter niet (ook de PL519 heeft een keerrooster met aansluiting die naar buiten is uitgevoerd). Hier heeft deze aansluiting geen invloed, maar wel als men de schakeling met cathodeweerstanden blijft gebruiken. De meer negatieve keerroosterspanning verbetert de klankeigenschappen van de buis.

De PL83 is kleiner dan de meer bekende EL84 en heeft een lagere anodedissipatie van 9W in plaats van 12W. De dissipatie komt overeen met die van de pentode van een PCL86/ECL86, een audio-buis die in veel apparaten gebruikt werd.

Publicités - Reklame

-