Dit is de tweede uitvoering van onze AM zender. Deze gebruikt voedingsspanningsmodulatie, een principe die lang gebruikt werd bij broadcast (radiodiffusie) |
-
Modulatie door de voedingsspanning
De modulator is een kleine gerecycleerde audio trap. De versterking is ingesteld op 10× (weerstandsverhouding 1kΩ/100Ω). De eindtransistoren zijn complementair maar moeten geen hoog vermogen leveren in deze schakeling. De NPN eindtransistor van de audiotrap die het uitgangssignaal naar de massa trekt maakt het mogelijk de modulatie sterk te verminderen. Het is echter vooral de NPN transistor op de 24V lijn die stroom levert. Let ook op de bootstrap condensator van 100µF die ervoor zorgt dat de uitgangsspanning dichter naar nul volt kan. Normaal staat over de weerstand van 470Ω een licht positieve spanning, maar die kan negatief gaan dankzij de condensator. De eerste skoopbeeld toont hier ook een faseverschil tussen het audiosignaal en het uitgangssignaal (antennesignaal), dit wordt veroorzaakt door een condensator met een te lage waarde (ontkoppeling van de emitterweerstand van 1kΩ). De modulatie verloopt echter goed. Het effekt is zeer duidelijk op het XY skoopbeeld (trapezeumbeeld), de fasefout is hier zichtbaar als een Lissajous figuur. De fasefout is een teken dat de bandbreedte te beperkt is. De condensator (aan de eindtrap) van 1µF werd verhoogd tot 150µF: de fasefout verdween en het geluid werd veel voller. Het volgend skoopbeeld in XY modus toont de werking van de zender met een normale modulatie (en een condensator van voldoende waarde). Er is een zachte begrenzing aanwezig waardoor de lineariteitsfouten nauwelijks hoorbaar zijn. Veel radiozenders gebruiken een dergelijke softe begrenzing om sterker te kunnen moduleren zonder dat de vervormingen hoorbaar worden. Bij het laatste skoopbeeld is de modulator overstuurd: de zender valt nagenoeg uit aan de ene kant, terwijl er een duidelijke afplatting aanwezig is aan de andere kant. Het is echter een zachte begrenzing: weliswaar hoorbaar, maar het klinkt niet afschuwelijk. Een modulatie van meer dan 90% kan een vervorming veroorzaken in bepaalde radiotoestellen (AM detectie door middel van een diode), zelfs al is het uitgezonden signaal perfect. Dat is ook de reden waarom men de benaming trapeze gebruikt (en geen driehoek). Veel skoopbeelden tonen een driehoek om aan te tonen hoe goed een modulator wel werkt, maar in de praktijk klingt een dergelijk signaal afgrijselijk in een omroepradio.
Men merkt ook een lichte asymmetrie in de modulatie (omhullende): de toppen van de hoge modulatie zien er normaal uit, terwijl de dalen gecomprimeerd worden. Dit wordt veroorzaakt door de niet-lineariteit van de schakeling. Hoe meer men het vermogen opvoert, hoe meer deze asymmetrie zichtbaar wordt. Deze asymmétrie is zichtbaar zowel op de klassieke skoopbeeld als op het trapeze-beeld, maar is bij hoortesten niet merkbaar. Met deze schakeling hebben we één nadeel van onze schakeling met een transistor opgelost (beperkte modulatie-index). Maar we hebben nog steeds een probleem: de schakeling is niet geschikt voor hogere vermogens. Maar daar komt verandering is met onze AM zender met gescheiden modulator, mixer en vermogentrap De skoopbeelden die hier getoond worden worden hier verder uitgelegd. |
Publicités - Reklame