We zien een evolutie van analoge technieken naar digitale technieken. Een digitaal signaal heeft als voordeel dat de inhoud veilig zit opgeborgen. Door de ingebouwde foutcorrectie kan het audiosignaal gereconstrueerd worden... tot op een zeker niveau. Is het signaal te sterk verminkt, dan is die niet meer te redden.
Maar voor we zover zijn, een klein historische schets...
De voorloper van de mp-3
Met een autonomie van twee uur (op 19cm/s) is dit toestel ideaal om mee te nemen op de bus. Vergeet niet je stroomgenerator, want de bandrecorder neeft 50W nodig. Halverwege moet de band gedraaid worden.
|
- De “poste de TSF” (indexpagina)
- De lampenradio werd uiteindelijk uitgerust werd met een stereo decoder en zelfs met een SCA decoder.
We leggen het allemaal uit: de gebruikte golflengtes, de modulatietechnieken en uiteindelijk tonen we ook een paar praktische voorbeelden.
Van alle technieken die hier besproken worden, blijft er enkel nog de radio over: alle andere systemen (videorecorders, compact cassettes,...) zijn van de markt verdwenen. Maar voor hoelang zullen de analoge uitzendingen nog blijven bestaan? Vlaanderen zendt niet meer uit op de middengolf en bepaalde landen gebruiken zelfs de FM band niet meer maar zijn volledig overgestapt of DAB.
- De draadrecorder, de bandrecorder en de platenspeler
- De draadrecorder gebruikt een stalen kabel dat gemagnetiseerd wordt. Later werd de stalen kabel vervangen door een band waarop ijzerpoeder geperst werd. De draadrecorder bereikte zijn hoogtepunt in de jaren '50 maar kon technisch niet meer verbeterd worden. De draadrecorder werd gaandeweg verdrongen door de magneetbandrecorder die beter presteerde.
Na de tweede wereldoorlog was het mogelijk stereo-opnames op band te maken. Het zal echter langer duren vooralleer men ook stereo geluid op een fonoplaat zal kunnen opnemen.
- De compact cassette
- De Compact Cassette was een uitvinding die in België ontwikkeld werd bij Philips Hasselt (daar waar later ook de CD zal ontwikkeld worden). Eindelijk konden radioprogramma's gemakkelijk opgenomen worden.
- De Compact Disc (index)
- Ook de Compact Disc is langzamerhand aan het verdwijnen: mechanische systemen zijn complexer (en dus duurder) dan electronische systemen.
- Perspecta Stereo
- Men heeft stereo op de FM band en zelfs op de middengolf (zie pagina over de radio). Maar nog niet in de biocoop. Er werd enorm geinvesteerd in kleurfilm en breedbeeld, en de studios hadden niet veel goesting om nog veel geld te steken in stereo-geluid. Daarbij kwan nog dat men in die tijd niet goed wist hoe men stereo-opnames moest maken. Men is dan maar op de proppen gekomen met een bizaar systeem, Perspecta.
- Buizenversterkers
- Verschillende buizenversterkers met een vermogen van 4W tot ongeveer 100W. Maar er is ook veel aandacht voor de verschillende types buizen en de soorten schakelingen.
Rechts een doos 2W weerstanden (ik heb zo drie dozen) om lampenversterkers te herstellen.
Werkelijkheidsweergave (WW)
In de jaren 1950 werd de benaming "werkelijkheidsweergave" gelanceerd door een aantal electronicatijdschriften ter vervanging van de engelse benaming "high fidelity".
Wat er toen met werkelijkheidsweergave bedoeld was, werd vastgelegd in DIN45500 (een norm die nu achterhaald is). Deze benaming is nooit ingeburgerd geraakt, men had het toen gewoon over "hifi".
Tegenwoordig heeft men het over "hign end" als men de "betere hifi" bedoelt.
Afbeeling rechts:
Keukenversterker (monobloc)
- Voedingsgeddelte met hoogspanningstransfo (een gewone transfo uit een minirack met spanningsverdubbelaar voor 200 en 300V) en transfo voor de gloeispanning en negatieve voorspanning
- Twee buizen PL508, dit waren origineel buizen die gebruikt werden voor de rastereindtrap van kleurentelevisies maar heel goed presteren in een audio versterker en een mooie klank leveren
- Laagspanningsvoeding en getransistoriseerde voorversterker met bluetooth ontvanger. De bluetooth ontvanger uit china ruist meer dan m'n versterker en werd uiteindelijk vervangen door een franse bluetooth ontvanger vervangen.
- Uitgangstransformator voor een vermogen van 15W met een vervorming van minder dan 0.1% volgens DIN 45500 (zonder de oorspronkelijke bluetooth ontvanger, want die haalt de norm niet)
Het was de bedoeling on de versterker in stereo uit te voeren voor mijn slaapkamer, maar de bluetooth ontvanger ruist zoveel dat het niet aangenaam is in de slaapkamer. In de keuken speelt het hoger ruisniveau geen rol.
Een versterker uit de tijd dat ik voor Roels Hifi werkte. Regelmatig ontving de technische dienst samples uit verschillende landen: computers, versterkers, camcorders,... om na te gaan of ze compatibel waren met de belgische normen.
Het was ook de tijd van de hifi ketens: we hebben hier een tuner Proton AT670 (AM/FM met regelbare high blend om storingen opd e FM band te onderdrukken. Om de vervorming op de AM band te beperken gebruikte de tuber een synchrone demodulator in plaats van een enkelvoudige detectie met diode. Nooit heeft de middengolf zo goed geklonken, zels als er zenders uit het buitenland ontvangen werden.
Het was nog de tijd van de cassetterecorders, met de Proton AD630 cassetterecorder. Het was een autoreverse toestel met Dolby ruisonderdrukking, automatische biasinstelling en een muziekzoeksysteem.
De CD speler was een Proton AC620 met Philips laserunit en electronica, programeermogelijkheid,...
De versterker was een Proton AM656. De Ax was een soort loudness dat de dempingsfactor veranderde. Alle elementen hadden een gelijkaardig display met LCD aanduiding en afstandsbediening. Het was de bedoeling deze installatie als topmodel te verkopen.
En niet te vergeten, de Nikko meubel! Nikko was toen ook een hifi merk. Ik weet zelfs niet of die nog bestaat... Rotel, ons topmerk in die tijd bestaat nog steeds.
|