Thuin


Drukpers (degelpers)


Een kopergravure

Het letterzetten (typografie) is het procédé dat gemakkelijk gedemonstreerd kan worden. Een aantal machines kunnen gebruikt worden om teksten te drukken.

Houtsnede (ylografie)

Houten drukvormen bestonden al in de middeleeuwen en werden in China en aangrenzende landen gebruikt. Ook konden er stenen vormen gebruikt worden, maar het procédé is identiek. Het is een vorm van hoogdruk: de te drukken vormen zijn in positief reliëf.

Houtsnede en gravure zijn twee verschillende uitingen van eenzelfde procédé. Gravures worden met een burijn gestoken in de kopse kant van een harde houtblok (loodrecht op de vezels). Kopshout is harder, maar de figuren zijn kleiner (men kan desnoods een aantal figuren samenbrengen).

Houtsnede wordt meestal in langshout uitgevoerd waarbij de figuren grover zijn dan bij een gravure.

De afdruk gebeurt in hoogdruk. Men gebruikt ook de benaming blokdruk om aan te geven dat de te drukken pagina als één blok gegraveerd wordt (vergelijk met letterzetten).


Letterzetten (typografie)

Bij het letterzetten gebruikt men verwisselbare letters in reliëf (hoogdruk). Tussen de letters kunnen indien nodig tekeningen geplaatst worden, maar hoogdruk is niet geschikt voor fijne tekeningen (en zeker niet voor gerasterde foto's).

Het is niet Gutenberg die het letterzetten uitgevonden heeft in 1450, maar hij heeft wel verschillende technieken samen gebracht en verbeterd. Hij heeft een drukpers ontworpen zodat een gelijkmatigere en snellere afdruk mogelijk werd. Gutenberg gebruikte ook voor het eerst loden tekens die op een lage temperatuur gesmolten konden worden. De samenstelling van het lood is nog steeds dezelfde: naast lood gebruikt men een kleine hoeveelheid antimoon om het lood harder te maken en een kleine hoeveelheid tin zodat antimoon in het lood kan oplossen. Gutenberg zal ook de samenstelling van de inkt verbeteren. De inkt wordt minder vloeibaar zodat die beter hecht aan de drukvormen.

Het letterzetten gebeurt sneller dan met andere procédés uit dezelfde periode, maar het blijft een traag en manueel procédé met een grote kans op fouten. De letters die in een drukvorm gebruikt worden zitten vast en kunnen niet in een andere drukvorm gebruikt worden: men moet ofwel extra letters gieten ofwel de letters uit de vorige drukvorm opnieuw gebruiken.


Twee informatieborden. Er is een vertaling van de borden beschikbaar.

De degelpers bestaat uit twee vlakke vormen: een vaste vorm die de te drukken vorm bevat en een beweegbare deel waarop het papier gelegd wordt. De machine wordt aangedreven met de voet (trapdegel) en een vliegwiel zorgt voor een gelijkmatige werking. Uiteindelijk zorgt een motor voor de aandrijving van de pers. Ook het in- en uitleggen van het papier wordt geautomatiseerd: degelautomaat.

Er zijn nog een paar degelpersen in gebruik voor klein artisanaal drukwerk, maar commercieële drukkerijen gebruiken dergelijke persen niet meer. Het aantal afdrukken per uur is te beperkt. Voor grotere oplages gebruikt men rotatiepersen.


Diepdruk (gravure)

Bij gravure gebruiken we ook het relief, maar de inkt wordt opgenomen door nopjes of schreven. Men gaat een koperplaat bewerken (verschillende soorten krassen en arceringen). De koperplaat wordt ingeinkt met dunvloeibare inkt en de overtollige inkt wordt weggeschraapt met een rakel. Gebruikt men transparante inkt dan kan men de zwarting doseren door de putjes min of meer diep te maken.

Men kan fijnere tekeningen bekomen met een gravure. Fotorealistische afdrukken konden zelfs gerealiseerd worden door ervaren ambachtslieden. Dergelijke afdrukken werden soms gebruikt als illustratie in boeken.

Publicités - Reklame

-