Staking
-
Ik ben verplicht verlof te nemen, want ik kan niet op mijn werk geraken, de haven van Zeebrugge wordt weer eens geblokkeerd (zoals twee weken geleden). Waarom wordt er gestaakt? Omdat de vakbonden tegen het feit zijn dat we tot 67 jaar zullen moeten werken. Ze zijn tegen de indexsprong. En natuurlijk ook tegen de rechtse regering. Maar wat is eigenlijk het probleem? De staat heeft geen geld meer om de pensioenen te betalen, geen geld meer om de lonen van de ambtenaren te betalen. Onze staatsschuld groeit nog steeds, ondanks de "besparingen". De vakbonden staken nu dat er een rechtse regering aan de macht is, maar het probleem is ontstaan toen de socialisten aan de macht waren. Zij hebben jaren de tijd gehad om het probleem aan te pakken. Wat is er gebleven van het zilverfonds die ervoor moest zorgen dat de pensioenen wel betaald zouden kunnen worden? Die is volledig leeg. De basis van het huidig probleem is eigenlijk heel eenvoudig te vatten: er zijn ieder jaar minder en minder aktieve mensen, die dus ieder jaar een zwaardere last moeten dragen. Ofwel gaan we langer moeten werken, ofwel gaan we meer belastingen moeten betalen. Een andere oplossing is er niet:
Er is dus zo goed als geen speelruimte meer: de belastingen verhogen is geen optie meer als we reeds de hoogste belastingen hebben. Ook een tax shift is een gevaarlijk spelletje, want ook wat betreft deze alternatieve belastingen zitten we in het topsegment. Belasting op het kapitaal? OK voor mij. Maar waarom hebben de socialisten dat dan niet gedaan in de voorbije regeringen, toen ze aan de macht waren? Het is duidelijk dat "geld" belasten niet zo eenvoudig is. Geld is immers liquide en kan gemakkelijk van het ene land naar het andere verplaatst worden. Zelfs de vorige regeringen hebben meegespeeld met dat spelletje: cfr de verschillende deals met bedrijven die minder belastingen moeten betalen. Waarom ze aan zo'n deal geraakt zijn is duidelijk: als ze de volle pot hadden moeten betalen, dan waren ze naar een ander land vertrokken. De socialisten weten het, zij liggen aan de basis van deze deals, die gemaakt zijn tijdens de vorige regering. Ondertussen wordt mijn recht om te gaan werken met de voeten getreden. Ook het recht van patienten om correct verzorgd te worden wordt met de voeten getreden. De vakbonden zijn boos dat het personeel dat wèl wilt werken in het ziekenhuis kan overnachten. De stakers hebben het altijd over het recht op staken. Dat betekent niet dat zij het recht hebben om de mensen te gijzelen. Dat betekent niet dat ze het publiek domein mogen bezetten. “Mijn vrijheid stopt wanneer de vrijheid van iemand anders begint”, dat hebben de vakbondsmensen al lang vergeten. De vakbonden halen een advokaat erbij "Het recht op werken bestaat niet!" (Jan Buelens). Een bekende advokaat van de PvdA, van het soort dat zware criminelen vrijkrijgt door de wet te verneukelen. Tuurlijk dat het "recht op werken" niet bestaat! Wal wel bestaat, dat zijn wetten tegen hooliganisme, tegen gijzelnemingen, tegen maffiapraktijken,... De vakbonden zelf lappen de wet aan hun laars of misbruiken die als het hun past. Een voorbeeld: de notionele intrest van Rudy De Leeuw, de voorzitter van het ABVV. Aan het schreeuwen tegen de notionele intrestaftrek, maar als het hem goed uitkomt past hij die wel toe voor zijn eigen bedrijf. Nog een voorbeeld: het geld van de ACV wordt in Luxemburg opgepot. Ongeveer 29 miljoen € dat niet belast wordt. De vakbonden hebben geen rechtspersoonlijkheid en kunnen dus niet aansprakelijk gesteld worden voor de sabotages en de vernielingen die aangericht worden, maar ze hebben wel een fortuin vergaard. En aan de andere kant blijven de spaarders van Arco (een andere vleugel van het ACV/ACW conglometaat) in de kou staan. Laat de staat maar betalen voor de fouten van het bestuur, maar hun geld zit veilig in een vreemd land. Het belgisch probleem wordt het best uitgelegd met drie eenvoudige grafieken (bron). Toen de eerste wetten op het ouderdomspensioen gestemd werden (in 1895) lag de pensioengerechtigde leeftijd hoger dan de levensverwachting. Je mocht dus van geluk spreken als je de pensioengerechtigde leeftijd bereikte. Na de tweede wereldoorlog werd de pensioenleeftijd vastgelegd op 65 jaar, maar de levensverwachting lag toen hoger. Geen probleem echter, de kloof bedraagt slechts een paar jaar, er is volop werkgelegenheid. De eerste problemen beginnen te ontstaan in de jaren na 1975, het is het einde van de Golden Sixties (les trentes glorieuses). We waren toen niet voorbereid op de eerste oliekrisis. Talrijke grote bedrijven moeten sluiten, en de mensen worden in vervroegd pensioen gezet. Deze trend zet zich echter voort, bij iedere bedrijfssluiting worden de mensen op prepensioen gezet, waardoor de feitelijke pensioenleeftijd naar 58 jaar zakt.
De tweede grafiek (overheidsuitgaven) toont ons een andere kijk op de situatie. De overheidsuitgaven stijgen iedere keer na een zware economische crisis (in de jaren 1975-1980 en 2008-2010); maar de staat slaagt er niet in om in tijden van hoogconjunctuur de situatie opnieuw recht te trekken. De politiekers gaan ervan uit dat de situatie niet zo erg is, en hopen dat dankzij de verbeterde economische toestand (meer werkgelegenheid, meer koopkracht,...) de situatie automatisch zou verbeteren. Niet dus. Het derde grafiek toont de werkgelegenheid. De enige landen die slechter presteren zijn Griekenland, Spanje, Italie en Frankrijk. Dat zijn geen landen waar ik zou willen leven, zelfs niet met de zon er gratis bovenop. Ik ken de situatie in Frankrijk heel goed: er is een jeugdwerkloosheid van ongeveer 30% in het midden van Frankrijk (“la France profonde”). De jeugd verwacht van de regering dat ze een job aangereikt krijgen, maar de meeste van die gasten kunnen nauwelijks schrijven en hebben niet de vaardigheden die nodig zijn. Uit de grafiek valt duidelijk te merken dat de welvaart van een land nauw afhangt van de tewerkstellingsgraad. Het zijn immers de werknemers die het grootste deel van de belastingen betalen. Zij betalen voor de hospitalen, voor de scholen, voor het openbaar vervoer, voor het wegennet. Als ze willen werken, laat ze dan werken! Het grootste zorg van de politiekers zou dus moeten zijn om het ondernemersklimaat te verbeteren, investeerders aan te trekken, enz. Het is dan ook niet verwonderlijk dat in de landen waar het meest gestaakt wordt de werkloosheid het hoogst is. Staken werkt gewoon contraproductief in alle opzichten: het jaagt de staatsschuld de hoogte in (gemiste inkomsten), het jaagt ondernemingen weg. Om nog niet te spreken van de talrijke vernielingen en sabotages die gepleegd worden, en die ooit terugbetaald zullen moeten worden maar niet door de vakbonden, want hun geld zit in Luxemburg. Ben ik dan zo'n grote fan van Alexander De Croo (de zoon van papa) en van de VLD? Zeker niet: door brutaal te zeggen dat de vermogenswinstbelasting er niet komt gooi je enkel olie op het vuur van de stakingsposten. Het eerste wat de VLD gedaan heeft als die weer aan de macht gekomen is, is opnieuw het niveau voor cash-transakties opvoeren (een heel goede maatregel van de vorige minister van fraudebestrijding - zie, ik heb niets tegen de sossen). Zo kan er opnieuw lustig gefraudeerd worden, en wie niet kan frauderen (de werknemer, maar ook de kleine spaarder, de kleine huiseigenaar,...), die wordt er de dupe van. De VLD kan zich niet ontdoen van zijn imago van schoemelende fils-à-papa fraude-partij. Er is duidelijk geen wil om de problemen aan te pakken op een doordachte manier, los van al die negentiende eeuwse politiek. Het is gewoon revanchisme: "wij zijn nu aan de macht, en wij hebben het voor het zeggen!". De werkbond (op zich geen slecht initiatief) is ontstaan door de VLD-jongeren. Maar een paar jaar later komen de sossen weer aan de macht, en dan worden de ondernemers weer extra belast, wordt de deur weer wijd open gezet voor de immigratie,... |
Publicités - Reklame